Voormalig Karmelietenklooster met toren van de Karmelietenkerk aan de Doddendaal architecten Deur en Pouderoyen
#Nijmegen, Centrum, Gebouw van de dag

Karmelieten klooster architecten Deur en Pouderoyen

Doddendaal

Voormalig Karmelietenklooster met toren van de Karmelietenkerk aan de Doddendaal architecten Deur en Pouderoyen
Voormalig Karmelietenklooster met toren van de Karmelietenkerk aan de Doddendaal architecten Deur en Pouderoyen (maart 2024)

Een foto die een mooi overzicht geeft van de situatie in 1956 is ZN35488 RAN

In 1949 ontwerpen de architecten Deur en Pouderoyen het klooster en een kerk voor de Karmelieten. Deze komen mei 1951 gereed, hoewel de toren wat later wordt geplaatst.

Vooraf

Het oude klooster van de Karmelieten was tijdens het bombardement van februari 1944. De Augustijnenkerk, die door de Karmelieten was overgenomen, was zwaar beschadigd. Daarop werd in de buurt van het voormalige klooster een nieuw klooster gebouwd. In het artikel hieronder legt Pouderoyen uit dat de plannen aanvankelijk wat minder traditioneel waren, maar dat uiteindelijk toch gekozen is voor “strenge” opvattingen van de Karmelieten.

Met het naastgelegen voormalige bejaardencentrum aan de Doddendaal lijkt het een eenheid te vormen.

Het nieuwe klooster en de nieuwe kerk

De Gelderlander plaatst in 1949 een aantal artikelen op dezelfde pagina:

De Paters Carmelieten bouwen een nieuwe kerk en een klooster in het Centrum van de herrijzende stad

Ir. J.G. Pouderoyen: Ondanks de grootte gaat de intimiteit niet verloren

Hallen kerk is bij uitstek geschikt voor deze tijd

Nijmegen, 14 October.- Toen zekerheid was verkregen omtrent de plaats waar de nieuwe kerk met klooster van de paters Carmelieten zouden komen te staan, zijn door het architectenbureau Ir. Deur en Ir. Pouderoyen de verdere plannen uitgewerkt. Het klooster is bestemd voor 40 personen, terwijl de kerk aan maximaal 1400 personen plaats zal kunnen bieden. Bij het bepalen van laatstgenoemd aantal is rekening gehouden met de toekomstige bewoning van dat deel van de nieuwe binnenstad, wat onder deze parochie zal gaan behoren. Het verrijzen van dit nieuwe gebouwen-complex zal een grote verandering teweeg brengen in het stadsbeeld en als de wederopbouw van de binnenstad in het verwachte snellere tempo zal geschieden, gaat het hart van Nijmegen weer kloppen, langzaam misschien, maar gestaag, want het nieuw geschonken leven is krachtig en gezond. De nieuwe kerk zal een groot deel van dit nieuwe leven gaan beheersen en de paters Carmelieten zullen een groot aandeel krijgen in de ontwikkeling daarvan.

Voor het klooster, zo vertelde ons ir. Pouderoyen in een gesprek over het nieuwe grote werk, is aanvankelijk gezocht naar een ontraditionele oplossing, maar tenslotte is men toch teruggekeerd naar de strenge opvatting van een klooster, zoals de Paters Carmelieten die steeds gehad hebben. Daarbij is terdege rekening gehouden met de zonnestand en binnen het kader der mogelijkheden met behoorlijke afmetingen.

De indeling van het klooster zal er als volgt uitzien. Op de begane grond komt een cour in het vierkant vier gangen, zoals men deze in alle oude kloosters aantreft. Een vleugel is bestemd voor gastenkwartier en de pastorie, de tweede vleugel voor recreatie van de paters en broeders, lokalen voor het provincialaat en het secretariaat van de scholen. In de derde vleugel komt de refter en de keuken. De vierde vleugel heeft beneden een pand gang aansluitend op de Pandhof, de binnenplaats. Boven deze pandgang komt een gang en de bibliotheek, die hiermede haar typische plaats krijgt in een Carmelietenklooster dat tevens studie klooster is.

Een Hallenkerk

De R.K. O.L. Vrouw van de Berg Carmelkerk aan de Doddendaal, de voorgevel met hoofdingang aan de westzijde en de zuidzijde met de klokkentoren. Kerk en klooster zijn ontworpen in 1951 door Cees Pouderoyen, de klokkentoren dateert uit 1955. Links de afslag naar de Kroonstraat, 5/1980 (Frans Hermans via F24935 RAN CC0)
De R.K. O.L. Vrouw van de Berg Carmelkerk aan de Doddendaal, de voorgevel met hoofdingang aan de westzijde en de zuidzijde met de klokkentoren. Kerk en klooster zijn ontworpen in 1951 door Cees Pouderoyen, de klokkentoren dateert uit 1955. Links de afslag naar de Kroonstraat, 5/1980 (Frans Hermans via F24935 RAN CC0)

Voor de kerk is gekozen het type van de hallenkerk (Gotische kerk met middenschip en zijschepen van gelijke breedte), waarmede wordt teruggegrepen op de vroegste tradities van de kerk en wel met de speciale opzet, omdat die tijd zoveel aanknopingspunten heeft met onze tijd: sober, maar met zuiver schone verhoudingen, een prachtig kader voor eventuele verrijkingen later. Een gebouw, perfect van verhoudingen.

De heer Pouderoyen wees ons er op, dat dit project zeker niet gezien moet worden als het werk van de eenling, maar een product voortgekomen uit de gedachten en de samenspraak van een grote groep architecten, die zich met kerkbouw bezig houden. In Den Bosch is een school voor kerkelijke architectuur, waar men zich beraadt over de principes die aan de kerkbouw ten grondslag liggen en waaraan kerkbouwers moeten voldoen om tot een goed resultaat te komen.

De hallenkerk achtte ir. Pouderoyen bij uitstek geschikt voor de tijd van heden. In de breedte gespreid zitten de mensen voor het altaar. De soberheid van deze tijd brengt mee, dat geen hoge kerken kunnen worde gebouw, maar door de grote oppervlakte die de schepen krijgen krijgt men toch een geheel van rijzige proporties.

Bovendien- en dit achtte ir. J. Pouderoyen in hoge mate belangrijk- biedt dit type kerk het voordeel, dat ondanks de grootte de intimiteit niet verloren gaat.

De hallenkerk is een karakteristiek type van de bedelkerk (zoals de oude Dominicanenkerk)en is karakteristiek voor het oostelijk gedeelte van ons land. Men vindt o.a. de hallenkerk in Zwolle n.l. de St. Michaelskerk. De nieuwe kerk krijgt drie schepen, die Tien meter hoog zijn. De gehele kerk wordt 30 meter breed en 45 meter lang. Tussen de kerk en het klooster komt de sacristie en de bijsacristie en daarboven het nachtkoor met een verbindingsgang naar het klooster.

De toegang tot het kerkgebouw kan met vergelijken met een porta voorzien van een rijk motief. De doopkapel komt bij de ingang en aan de noordzijde een galerij met biechtstoelen.

Rond het hoofdaltaar komt een krans van bij-altaren in cryptevorm en in de directe omgeving de Maria-kapel, die volgens de constitutie van de paters Carmelieten een zeer bijzondere plaats moet hebben. De toren staat op het knooppunt van sacristie-gastenkwartier-bibliotheek en nachtkoor, dus tussen het klooster en de kerk. De toren, die voorlopig niet gebouwd zal kunnen worden en een stenen lichaam krijgt van 30 meter hoogte, moet tevens dienen als trappenhuis van het klooster.

Men hoopt echter het verdere complex tegelijk te kunnen bouwen, temeer, omdat dan tevens een einde zal komen aan de noodoplossing in de Priemstraat en ook het werk van de paters, die thans, zoals men weet verspreid wonen, ten zeerste zal worden vergemakkelijkt. Om dan tenslotte nog maar niet te spreken over de grote financiële offers welke nu moeten worden gebracht, doordat twee gebouwen in stand moeten worden gehouden.

De plaats van het nieuwe complex in het wederopbouwplan

Ingang voormalige Carmelklooster aan de Doddendaal (maart 2024)
Ingang voormalige Carmelklooster aan de Doddendaal (maart 2024)
Plaquette Maria en Jezus boven ingang voormalig Carmelklooster (maart 2024)
Plaquette Maria en Jezus boven ingang voormalig Carmelklooster (maart 2024)

Eind October 1946 werd met het overleg inzake de nieuwe kerk begonnen. Een zeer belangrijke vraag hierbij was de situatie van het gebouw in het wederopbouwplan. Er was reeds een plaats gereserveerd waarbij de kerk gericht zou zijn op het Centrumplein, doch bij de bestudering van de vraag in hoeverre de kerk in het hart van de stad een rol zou gaan spelen, kwam men tot de conclusie, dat zo het aanvankelijke plan doorgang zou vinden, de twee in het stadscentrum aanwezige kerken te dicht bij elkaar zouden komen te liggen. Men vond tenslotte de oplossing de nieuwe kerk te richten op het Kronenburgerpark, naar het hart van de parochie, zodat nu het ingangsfront dus gericht wordt op genoemd park. Een vrij diep plein in trapvorm (nog gedeeltelijk zichtbaar op de grote tekening) zal een waardig entree vormen. De nieuwe plaats bood bovendien het voordeel, dat geprofiteerd kon worden van de hoogteverschillen in het terrein, wat aan de gehele situatie zeer ten goede komt. Het klooster krijgt de hoofdtoegang aan de Nieuwe Doddendaal als tenminste deze naam gekozen zal worden. De kerk krijgt een importante zij-ingang aan de Nieuwe Doddendaal en een achtertoegang in het bijzonder ten behoeve van de bewoners in de benedenstad, zodat deze langs de kortste weg de kerk kunnen bereiken.

Zoals men weet, waren voor de vernieling kerk en klooster van elkaar gescheiden. Aan deze verspreide ligging is thans een einde gemaakt. Kerk en sacristie vormen nu een geheel.

Een Titus Brandsmastraat?

Titus Brandsmastraat (maart 2024)
Titus Brandsmastraat (maart 2024)

In 1949 is er sprake om de straat waar de hoofdingang van het klooster komt te liggen de Titus Brandsmastraat te noemen:

Een Titus Brandsmastraat?

Het nieuwe gebouwencomplex van de paters Carmelieten- met name het klooster- krijgt de hoofdingang aan wat men thans noemt de nieuwe Doddendaal. Of deze naam gehandhaafd zal worden, is nog niet beslist, maar er gaan stemmen op, om deze te wijzigen in Titus Brandsmastraat.” (De Gelderlander 15/10/1949)

De hoofdingang van het klooster kwam aan de Doddendaal te liggen. Wel is de straat die achter het klooster loopt – en die Doddendaal met Achter de Carmel verbindt- vernoemd naar Titus Brandsma.

Twee kerken in onze binnenstad

De Carmelietenkerk met klooster. 	1957 (Jeroen van Lith via D1040 RAN CC0)
De Carmelietenkerk met klooster. 1957 (Jeroen van Lith via D1040 RAN CC0)

Bij het bombardement op 22 Februari 1944 werden de 4 katholieke kerken in ons stadscentrum verwoest. Van 2 zijn de overblijfselen inmiddels gesloopt: één n.l. van de paters Jezuiëten in de Molenstraat werd tijdelijk hersteld en over de bestemming van de paters Dominicanen aan de Broerstraat bestaat nog onzekerheid, doch staat vast, dat dit gebouw niet meer als parochiekerk in gebruik zal worden genomen.

De kerk van de Paters Carmelieten zal, zij het dan niet op de oude plaats, weer worden opgebouwd, zodat in het stadscentrum twee parochiekerken overblijven n.l. die van de paters Jezuiëten en van de paters Carmelieten.

Over laastgenoemde kerk vindt men uitvoerige bijzonderheden op deze pagina. Deze gegevens werden verstrekt door het architectenbureau ir. C. Deur en ir. J.G. Pouderoyen te Nijmegen, welk bureau de plannen voor de nieuwe kerk heeft ontworpen. Deze plannen zijn reeds door de super-visor van de wederopbouw goedgekeurd en het wachten is op het fiat van het Departement van Wederopbouw. Men hoopt evenwel begin volgend jaar met de werkzaamheden aan te vangen.” (De Gelderlander 15/10/1949)

Vervolg

Doddendaal Maart 2024 met de kerktoren en tot studentenhuisvesting verbouwde klooster; daarvoor de nieuwbouw van Studentenhuisvesting. Het complex van Deur en Pouderoyen en het oude bejaardencentrum aan de overkant lijkt een eenheid te zijn
Doddendaal met de kerktoren en tot studentenhuisvesting verbouwde klooster; daarvoor de nieuwbouw van Studentenhuisvesting. Het complex van Deur en Pouderoyen en het oude bejaardencentrum aan de overkant lijkt een eenheid te zijn (Maart 2024)

In mei 1951 vindt de opening van het klooster plaats. Zoals bij de foto’s reeds aangegeven, kwam de toren op een later moment gereed.

Van de kerk staat alleen de toren nog overeind. Eind jaren 80/begin jaren 90 is de kerk gesloopt om plaats te maken voor studentenhuisvesting. Ook in het voormalige klooster bevinden zich studentenkamers. Zie ook de foto F11273 uit 1991.

Achter de Carmel: links is nog een gedeelte van het klooster. Daarnaast is de kerktoren te zien. Daarvoor staat de nieuwbouw van Studentenhuisvesting, juli 2014 (Google Streetview)
Achter de Carmel: links is nog een gedeelte van het klooster. Daarnaast is de kerktoren te zien. Daarvoor staat de nieuwbouw van Studentenhuisvesting, juli 2014 (Google Streetview)

St. Augustinuskerk architect Cuypers

In 1884 wordt de St. Augustinuskerk ingewijd. Deze is gebouwd naar een ontwerp van architect Cuypers. In zijn ontwerp heeft…

Een gedachte over “Karmelieten klooster architecten Deur en Pouderoyen”

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.