1931, Timorstraat 5-5a en Celebesstraat 12, Galgenveld, Gemeentelijk monument

In 1931 vindt de bouw plaats van 2 scholen voor Buitengewoon Lager Onderwijs plaats: 1 katholieke en 1 openbare school. Het ontwerp was van de dienst Gemeentewerken Nijmegen. Waarom 2 scholen in plaats van 1?
Vooraf
De openbare school voor buitengewoon lager onderwijs was gevestigd op de Oude Varkensmarkt, maar voldeed niet meer aan de eisen. De katholieke school was “onlangs” opgericht en had een voorlopige huisvesting in het gebouw van het voormalig gymnasium aan de Kronenburgersingel. B. en W. hadden daarom het plan, om deze scholen in 1 nieuw gebouw onder te brengen, daar dat goedkoper zou zijn dan 2 afzonderlijke gebouwen.
Aan Gemeentewerken was opdracht gegeven plannen te ontwerpen voor twee scholen: een bijzondere (Rooms Katholieke) en een openbare school. Voor gemeenschappelijk gebruik zijn het gymnastieklokaal, lokalen voor handenarbeid en de keuken met bijbehorend leslokaal. Daarnaast is een afzonderlijke afdeling voor geneeskundig onderzoek. De geraamde kosten zijn f182.000,-. “Het was intusschen aanleiding tot hetzelfde onvruchtbare debat, dat steeds in den Raad gevoerd wordt wanneer schoolkwesties aan de orde zijn. Wij willen er dan ook het zwijgen toe doen” (PGNC 19/3/1931). De katholieke school voor B.L.O. valt onder het bestuur van het Zedelijk Lichaam van Vrouwen “In Omnibus Charitas”, de rechtspersoon van de congregatie van Dochters van Maria en Joseph. Deze congregatie zal ook het bestuur van de nieuwe katholieke school gaan vormen.
Twee scholen?

Een dag eerder had het PGNC de discussie in de Gemeenteraad van 18-3-1931 discussie over de noodzaak van 2 scholen weergegeven: is 1 openbare school niet voldoende? Bij de discussie tussen de gemeenteraadsleden is een duidelijk verschil tussen de katholieke en niet-katholieke raadsleden.
Voor de niet-katholieken is 1 openbare school eigenlijk voldoende: Wethouder Tissing, een sociaal-democraat, vindt dat “het beetje godsdienst-onderwijs dat dezen kinderen krijgen, wordt ook op de openbare scholen gegeven”. Daarbij gaat het niet om een groot aantal kinderen, deze zouden ook op de openbare school kunnen gaan. Daarbij spreekt hij over een “sabotage” dat “steeds” door het bijzonder onderwijs is gevoerd. Volgens Van Westreenen (c.h.) worden de zaken grootst aangepakt: zullen ouders bereid zijn hun kinderen naar een bijzondere school te sturen?
Smeets, rooms katholiek, wijst er op dat er elk jaar een groot aantal kinderen is, het gebouw zal zeker niet te groot zijn. Krootjes, eveneens r.k. en de betreffende wethouder, wijst er op dat er momenteel 120 kinderen naar een bijzondere school gaan. “Bij inrichting van een behoorlijk schoolgebouw zal dit aantal nog aanmerkelijk grooter worden”. Het plan is niet te groots opgezet: de openbare school zal 4 klassen tellen, de bijzondere 5 met elk bovendien een bezinkingsklasse. Volgens de regelgeving mogen op dat moment maximaal 18 kinderen in een klas zitten, in de toekomst zal de wet dit aantal verlagen naar 15 kinderen.
De katholieke leden wijzen juist op het extra nodig aandacht te schenken voor goed katholiek onderwijs. Daarbij heerst op een katholieke school een andere sfeer dan een openbare.
Uiteindelijk wordt het voorstel voor 2 scholen zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Het bijzondere van een openbare school

Feitelijk is het bijzonder dat er een openbare school werd geopend: in de eerste helft van de 20este eeuw worden juist openbare scholen gesloten. Dit onder invloed van de verzuiling, waarbij katholieken en vooral de partij RKSP hun invloed laten gelden. In 1919 zijn er 19 openbare scholen. Veel scholen worden daarna omgezet in een katholieke school: in 1937 zijn er, naast de deze B.L.O, nog slechts 1 openbare U.L.O en 4 openbare lagere scholen over. De openbare B.L.O. is daarbij dus de enige school die in deze periode nieuw wordt gebouwd.
Ontwerp en Aanbesteding

Het ontwerp van de 2 scholen was afkomstig van Gemeentwerken. Bij de opening worden een aantal personen van Gemeentwerken bij naam genoemd: “den directeur, den heer Blauw, en de staf van medewerkers, van wie in ’t bijzonder de onderdirecteur, de heer Bijlard, en de heer Monshouwer zeker afzonderlijk dienen genoemd te worden.” (De Gelderlander 4/7/1932)
Op 9-6-1931 vindt aanbesteding plaats van de bouw van deze 2 scholen. De firma Th.J. was met f113.822 de laagste inschrijfster en verkrijgt daarop de aanbesteding. (PGNC 19/5/1931 en PGNC 9/6/1931)
Gemeentelijk monument

Het gedeelte aan de Timorstraat is sinds 2000 een gemeentelijk monument. Bij de aanwijzing: “Goed voorbeeld van een schoolgebouw uit de jaren ’30, rijk gedetailleerd. Bovenal aan de Timorstraat goed bewaarde gebleven. Deze zijde komt voor bescherming in aanmerking. Verbouwingen en aanbouwsels hebben de oorspronkelijke staat van het gebouw aan de Celebesstraat echter aangetast. De delen aan deze straat komen dan ook niet voor bescherming in aanmerking, met uitzondering van de uitbouw uiterst rechts, waarin onder een torenachtige opbouw een ingangspartij is gesitueerd”
Bronnen
PGNC 18/3/1931
https://resources.huygens.knaw.nl/repertoriumzendingmissie/gids/organisatie/organisatie/2603357794
Algemeen lager onderwijs, Huis van de Nijmeegse Geschiedenis
