1955, Burchtstraat 2

De bouw van de herenkledingzaak van Dijk en Witte zorgde voor de voltooiing van de oostzijde van de wederopbouw van de Broerstraat. Het nieuwe pand staat (nagenoeg) op de plek waar het vooroorlogse pand heeft gestaan. In 1892 begon van Dijk en Witte een confectiemagazijn op de Grote Markt 8. Na de Tweede Wereldoorlog was dit pand onteigend en gesloopd. Op (vrijwel?) dezelfde plek bouwde de firma een nieuwe zaak. Rodenburg was hiervan de architect.
Op de site van het RAN staat een foto uit 1955.
De Gelderlander schrijft bij de opening in september 1955:
“Van Dijk en Witte in het hartje stad verrezen
Op de hoek van de Broerstraat en de Burchtstraat, juist tegenover de historische Blauwe Steen is een modern gedistingeerd zakenpad verrezen, dat uit hoofde van de firma welke er haar bedrijf in heeft heropende, een andere voor Nijmegen historische traditie tot nieuw leven brengt. De fa. van Dijk en Witte, sinds 1892 in de Keizer Karelstad gevestigd, kon namelijk vanmorgen onder enorme belangstelling haar nieuwe ruimten voor heren- en jongenskleding officieel openen. De nieuwe zaak welke thans het gebouw op de Markt, dat vanwege de herbouw van de stad tegen de grond moest, vervangt, betekent de hoeksteen voor de thans voltooide bebouwing van de Broerstraat aan de Oostzijde. Het fraaie gebouw betekent tevens een van de belangrijkste aanwinsten van de hernieuwde city waarvan de voltooiing naar alle verwachting in 1956 kan worden gevierd.
Het was de president-commissaris van Van Dijk en Witte, de heer J. Taminiau, die vanmorgen bij de openingsplechtigheid de vele prominente aanwezigen onder wie de burgemeester met mevrouw Hustinx en wethouder M. Duives begroette om daarna het woord te geven aan de architect, de heer R.G. Rodenburg, die een korte inleiding hield alvorens hij het gebouw aan de fa. van Dijk en Witte ovverdroeg. Spr. bracht dank aan de Aannemer de fa. Nederland voor de wijze waarop ze dit pand, op een betrekkelijk klein terrein, in een zeer groot tempo heeft tot stand gebracht. Daarnaast had spr. veel waardering voor onderaannemers. De samenwerking was bijzonder prettig geweest, ook met de opdrachtgever, aan wie de architect hierna het pand overdroeg. De heer A. Witte aanvaardde het pand uit naam van de firma en dankte de architect, de aannemers en onderaannemers. Na de gemeent-instanties, met name de Dienst van Openbare Werken te hebben bedankt, verzocht de heer Witte de burgemeester de zaak te openen. De burgemeester nam hierop het woord om namens het gemeentebestuur zijn gelukwens aan te bieden met de geslaagde voltooiing van deze bouw, welke een voorgeschiedenis heeft gehad. Het heeft geruime tijd geduurd voordat de eerste maatregelen konden worden genomen welke tot de herbouw hebben geleid. Toen de zaak evenwel rijp was, werd met enorme spoed aan de bouw gewerkt. Het resultaat was voortreffelijk, een harmonisch gebouw is ontstaan waarin van Dijk en Witte, op grond van haar historische binding met Nijmegen, op waardige wijze haar bedrijf kan voortzetten.
Voorgeschiedenis

Hierna nam de oudste vertegenwoordiger van de fam. Witte, de heer J. Witte, het woord om de geschiedenis van het bedrijf in Nijmegen te releveren. In de vorige eeuw werden op de Grote Markt twee panden afgebroken, no. 7 en no. 8, om plaats te maken voor een waardige huisvesting van het confectiemagazijn van Dijk en Witte. In 1892 heeft spr. de eerste steen gelegd op de Grote Markt, hoek Scheidemakersgas. Na bijna zestig jaar bloeiend zakenleven volgde de onteigening op basis van de wet op de materiële oorlogsschade. Het resultaat was vooralsnog dat van Dijk en Witte heeft vergoed gekregen een bedrag dat net even genoeg was om de grond aan te kopen, waarop het nieuwe gebouw thans staat. Voor de bouw van dit pand heeft de fa. van de overheid niets ontvangen, zelfs niet de afbraak van het oude pand, aldus spr. het gebouw is thans gereed en het staat er trots en uitdagend ondanks de wederopbouw, aldus spr., die de overtuiging had dat de oude clientèle van de zaak in Nijmegen, waarvan hij van 1910 tot 1916 directeur is geweest, van Dijk en Witte niet in de steek zal laten. Hij gaf de verzekering dat de medewerkers de naam van de firma zullen hooghouden.
Na de woorden van de heer J. Witte spraken de heer P. Bartels, directeur van de inkoopvereniging Pehoda, de heer B. de Bruijn namens het personeel, Dr. P. van Hasselt als vriend van de fam. Witte, de heer J. Taminiau, president-commissaris van van Dijk en Witte, die namens de familie geluk wenste. De heer A. Witte sprak tot slot van deze geslaagde plechtigheid een dankwoord, vooral tot zijn medewerkers, voor hun goede samenwerking en hun zorgen welke aan deze dag zijn voorafgegaan. Hierna bezichtigden de genodigden het gebouw, met zijn prettig interieur, zowel op de benedenverdieping waar men de grootste variatie vindt op het gebied van herenkleding als op de bovenverdieping, waar kinderkleding in grote verscheidenheid is ondergebracht. (De Gelderlander 21/9/1955)
Gemeentelijke Monumentenlijst
Het gebouw staat op de Gemeentelijke Monumentenlijst als “Beeldbepalend pand”: dit betekent dat alleen de buitenkant beschermd is. Daarbij heeft het als waardering:
“Burchtstraat 2 maakt stedenbouwkundig onderdeel uit van het wederopbouwplan van de Nijmeegse binnenstad en is hier een expressie van. Stedenbouwkundige waarde vanwege het forse bouwvolume, in breedte en hoogte, dat de hoek Burchtstraat-Broerstraat accentueert en dat aan de omgeving is aangepast.
Er is sprake van ontwerpkwaliteit van de gevels vanwege het door kleurstelling, materiaalgebruik en vorm gevormde eigen gezicht van het gebouw in modernistische trant.
Het beeldbepalende karakter van het pand is onvervangbaar in relatie tot de context van de Nijmeegse binnenstad.”