
De Waalkade was eeuwenlang vol bedrijvigheid. Vervoer over water was een van de belangrijkste transportmiddelen. Aan de Waalkade en de Benedenstad waren er veel bedrijven. Daarnaast was de eerste electriciteitscentrale gelegen aan de Waalkade.
Vanaf 1900 wordt de naam Waalkade gebruikt. Daarvoor werd het gebied ‘Aan ’t Water’, ‘Op den Werf’ of ‘Aan den Waal’ genoemd.
In de jaren 80 heeft een herstructurering plaats gevonden, waarbij de Waalkade een belangrijke recreatieve functie kreeg.
In 2013-2014 is de damwand tussen de Grotestraat en de Spoorbrug na een inzakking vervangen.
Het gedeelte ter hoogte van de horeca en het Casino is in 2018-2019 vernieuwd. Daarbij is een stenen trap gemaakt en een groot grasveld aangelegd. Bovendien zijn is het kunstwerk de Waterwolf en de Aquanaut geplaatst.
Van tijd tot tijd zal deze pagina worden aangevuld met de bijzonderheden van de Waalkade.
Belangrijkste bezienswaardigheden Waalkade
- De Waal en Waalkade zelf
- Romeinse resten
- Het Besiendershuis
- Anthonispoort
- Labyrint
Romeinse tijd
In ieder geval is de Waalkade vanaf de Romeinse tijd bewoond geweest. Deze huizen waren gemaakt van hout en sloten aan bij de stad op het plateau. Nadat deze stad na de Bataafse opstand was verlaten, kreeg deze nederzetting een meer monumentaal karakter. Waarschijnlijk was het aanvankelijk een kleine (handels) nederzetting, gericht op het handelsverkeer over water. Daarbij lag (de voorloper) van de Waal wat meer naar het noorden dan nu het geval is. Deze stad hoorde waarschijnlijk bij het legerkamp dat de Romeinen op het Valkhof in de 3e eeuw hadden opgericht en liep tegen de helling op.
Romeinse muur
Voordat het Casino werd gebouwd, vonden hier opgravingen plaats, waarbij een Romeinse muur van 80 meter lang werd gevonden, die op sommige plekken nog een paar meter hoog was. Deze muur stamde uit de 3e of 4e eeuw, de zuidelijke muur van deze nederzetting.
Waarschijnlijk breidde de nederzetting zich via de helling uit. De muur diende aanvankelijk alleen voor verdediging, maar op een later tijdstip ook als onderdeel van gebouwen.
Het grootste deel van de muur is gesloopt en werd overgebracht naar de tuin van het toenmalige Museum Kam. De sloop van deze muur wordt, zeker in de huidige tijd, gezien als een drama. Wel werd als gevolg daarvan de eerste stadsarcheoloog aangesteld. Een deel van de muur is te zien bij het Hollands Casino.
Romeinse luxe: centrale vloerverwarming
Bovendien is daar een hypocaustum (centralevloerverwarming) uit de Romeinse tijd gevonden, die eveneens bij het Casino is te zien. “Een hypocaustum is een ondiepe kelder waarboven de vloer ligt op zuiltjes van gestapelde tegels. Vanuit een stookruimte stroomde warme lucht in deze kelder. De lucht verwarmt niet alleen de vloer, maar ook de wanden door middel van ingebouwde kanalen. In onze streken was dit soort centrale verwarming voorbehouden aan de rijken en kwam het meestal maar in één vertrek van het huis voor.” (Huis van de Nijmeegse Geschiedenis)
Een andere belangrijke vondst van de opgravingen uit de jaren 80 was daarnaast een kalkoven bij de Steenstraat.
Peiling terugbrengen Romeins verleden
Uit een peiling uit 2016 onder 1.280 Nijmegenaren werden een 19 nieuwe ideeën voorgelegd:
- 38% van de respondenten vindt “Romeinse geschiedenis in centrum beter zichtbaar maken” een goed idee en had daarmee de hoogste score.
- 24% van de respondenten vindt de “resten van Romeinse muur terugbrengen op Waalkade” een goed idee en was daarmee plaats 5
Bronnen en verder lezen:
https://www.huisvandenijmeegsegeschiedenis.nl/info/Opgravingen_aan_de_Waalkade
https://huisvandenijmeegsegeschiedenis.nl/info/Romeinse_muur_en_vloerverwarmingssysteem
Novio Magus
Arie Berkulin




Sommige beelden gaan pas echt wat zeggen als je “door” hebt: Arie Berkulin maakte dit kunstwerk in 1995. Hij wilde iets doen met het Romeinse verleden en maakte het beeld met 3 metalen buizen. Als je eromheen loopt, zijn de cijfers IV (4), VI (6), IX (9) en XI (11) te herkennen.
Een mooie uitleg is te vinden bij Omroep Gelderland
Over Arie Berkulin: wikipedia
Middeleeuwen
Vanaf de 12e eeuw groeide de nederzetting aan de Waal in westelijke richting uit. Door de verschuiving in de loop van de Waal ging een deel van deze nederzetting in de 13 eeuw verloren. Vanaf dat moment werden de huizen op een wat hogere plaatsen gebouwd, waaronder de Steenstraat.
Hanzestad
Door de ligging aan de Waal was Nijmegen in de late middeleeuwen een belangrijke handelsstad. in 1402 wordt Nijmegen onderdeel van de Hanze. Ook daarvoor, vanaf het begin van de 14e eeuw, waren er al contacten met de Hanze. Onder andere met Antwerpen en Londen. Daarbij waren laken en Duitse wijn uit de Rijnstreek belangrijke handelsproducten. Een mooie site hierover is https://www.antependium.nl/figuren/het-koggeschip/nijmegen-en-de-hanze/. Door problemen met de bevaarbaarheid van de rivier begon Nijmegen echter in betekenis in te boeten.
(Overige) Bronnen en verder lezen
https://mijngelderland.nl/inhoud/verhalen/tolvrijheden-in-hanzestad-nijmegen
Stadsmuur met torens en poorten aan de Waalkade

In de late middeleeuwen werd een stadsmuur aan de Waalkade gebouwd. Deze kreeg daarbij 8 poorten. Daarvan is een deel van Stratemakerstoren, de Besienderspoort en de St. Anthonispoort nog te zien.
De poorten waren: de Veerpoort, de Besienderspoort, de Kraanpoort, de St. Jacobspoort, de Meipoort, de St. Anthonispoort, de St. Stevenspoort en de Boddelpoort.
Daarbij kreeg de muur een aantal torens: aan de oostkant de Melaten- of Lappentoren. De Stratemakerstoren aan de voet van het Valkhof en de St. Hubertus- of Rode Toren.
Stratemakerstoren

De Stratemakerstoren dateert uit 1512-1526, waarvan de funderingen stammen van een oudere toren. In 1526 komt de toren voor als het ‘roendeel bij der Veerpoirten’. De Veerpoort was daarbij de poort, waar het veer over de Waal aanlegde.
De huidige naam Stratemakerstoren komt in het archief voor op een stadsrekening uit 1569. De herkomst van de naam is onbekend: in andere plaatsen bestaan er torens die vernoemd zijn naar het gilde dat was toegewezen om de betreffende toren in tijden van oorlog te verdedigen. Nijmegen heeft echter geen stratenmakersgilde gekend.
Wat is een bastei?

Hoewel het in 1526 een “roendeel” (rondeel) wordt genoemd, is het feitelijk een bastei. Een bastei is een grote, halfronde, hoefijzervormige toren die naar buiten uitspringt naar ontwerp van Albrecht Dürer. Daarbij zijn ze van binnen overwelfd met daarin kazematten. In deze ruimten kon het geschut beschermd worden opgesteld. De bastei wordt gezien als een voorloper van het bastion. Door de grote afmetingen en de hoge kosten om deze maken zijn basteien slechts op beperkte taal toegepast. Rond 2011 werd bekend dat ook de Stratemakerstoren een bastei is (https://nl.wikipedia.org/wiki/Bastei_(vesting)). Daarvoor werd gedacht dat een zogenaamd was; het is de enige bastei in Nederland die nog min meer intact is gebleven.
De Stratemakerstoren door huizen ingebouwd

Vanaf 1789 werd het rondeel door huizen ingebouwd. Bij de sloop van Alewijnse kwam het verlaagde bastei weer aan het licht en werd vervolgens gerestaureerd. Aanvankelijk werd het daarbij vanaf 1995 onderdeel van het museum de Stratemakerstoren.

Om de kwetsbare, uit mergel bestaande toren te beschermen werd in 2017 een nieuwe schil gebouwd rondom de toren.
De Bastei, museum voor natuur en cultuurhistorie
De Stratemakerstoren maakt tegenwoordig onderdeel uit De Bastei, museum voor natuur en cultuurhistorie”, welke sinds 2018 geopend is. Het was daarbij een fusie van het Museum de Stratemakerstoren en het Natuurmuseum Nijmegen. Het museum vertelt het verhaal van “de Waal”: zowel vanuit historisch als natuurlijk oogpunt.
Opgravingen
Bij de opgravingen voorafgaand aan de bouw van het nieuwe museum zijn veel archeologische resten gevonden: Romeinse en middeleeuwse stadsmuren en funderingen van veertiende-eeuwse stadskastelen. Deze zijn vervolgens opgenomen in het museum.
Architectuur
Het museum is ontworpen door Van Roosmalen van Gessel Architecten uit Delft. Het ontwerp kreeg in 2019 de Schreudersprijs voor ondergronds bouwen en de Publieksprijs van de Architectuurprijs Nijmegen.
Besienderspoortje of Lossertpoort
Steenstraat 57-59


Een van de overgebleven poorten is het Besienderspoortje of Lossertpoortje. In de loop der eeuwen komt deze onder verschillende voor:
- 1420-29 Geertruid Boyenpoortje
- 1511 O.L. Vrouwenpoortje
- 1542 Sybert Lossertspoortje; in 1659 Slosserspoortje genoemd
- 1552 Bezienderspoortje
Sybert Losser was vanaf 1538 beziender van de Rijkstol. En bovendien was hij taveernehouder. Van Schevichaven: “Menige goede dronk werd te zijnen huize door onze heeren van den raad en hun gasten tot heil en op kosten van de Stad genoten, getuigen de Rekenboeken van het midden der 16de eeuw.” Waarschijnlijk is van Schevichaven de bron geweest dat het Besiendershuis, tegenover het Bezienderspoortje, foutief haar naam heeft gekregen.
Zoals op de linker foto hierboven te zien is, kwam door de verhoging van de Waalkade in 1885 een groot deel van de poort onder het wegdekniveau te liggen.
Behalve een leuke pagina heeft Noviomagus tevens een mooie foto uit 2010 hoe deze poort vanuit de Waalkade gezien tegenwoordig vrijwel verborgen is.
Een interessant artikel uit 1980 is te vinden op Numaga (tevens bron van dit artikel).
Anthonispoort


Waarom op de sluitsteen 4M + KR staat gegraveerd, is niet duidelijk. Op Noviomagus staat hierover een leuke discussie.
Maarten Schenk
Op de Antonispoort is een gedenksteen te zien van de mislukte aanslag van Maarten Schenk op Nijmegen op 12 augustus 1589. Hierbij verdrinkt in de Waal.

Op 10 augustus 1589 doet Maarten Schenk (op dat moment vechtend aan Staatse zijde) een poging Nijmegen te veroveren. Hij heeft die dag een troepenmacht van 300 man verzameld bij Schenkenschans. Met 70 boten laten zij zich die nacht de Waal over de Waal naar Nijmegen vervoeren.

Verdronken in harnas
Zij proberen bij de St. Antonispoort en de huizen aldaar binnen te dringen. Met een lier weten ze het traliewerk uit raam te trekken. Waarschijnlijk is de tegenstand groter dan verwacht en breekt er paniek uit. De mannen proberen weer in boten te komen en te vluchten. Sommigen raken overvol en kantelen, zo ook de boot van Schenk. Met zijn zware harnas aan verdrinkt hij in de Waal.
Gevierendeeld en herbegraven
De volgende ochtend vissen Nijmegenaren de verdronken soldaten op, op zoek naar buit. Daarbij vinden ze het lichaam van Schenk. Zijn hoofd wordt bij de St. Antonispoort opgespiest, andere lichaamsdelen komen bij andere poorten te hangen. Na 8 dagen worden zijn lichaamsdelen in een kist gedaan en naar de Kronenburger toren gebracht.
Wanneer de Staatse Troepen Nijmegen in 1591 veroverd hebben, wordt hij met pracht en praal bijgezet in de St. Stevenskerk. Zijn harnas wordt naar Kleef gebracht en op een zuil in een park gezet. In 1795 hebben de Fransen dit harnas vernield.
Een uitgebreid verhaal over Maarten Schenk, die meerdere keren van kamp wisselde is te lezen op (tevens bronnen):
https://www.biografischwoordenboekgelderland.nl/bio/5_Maarten_Schenk_van_Nydeggen
https://nl.wikipedia.org/wiki/Maarten_Schenk_van_Nydeggen
https://mijngelderland.nl/inhoud/verhalen/de-aanslag-van-maarten-schenk-op-nijmegen
Besiendershuis
1525, Steenstraat 26, Rijksmonument

Een van de markantste gebouwen aan de Waalkade (of eigenlijk Steenstraat) is het Besiendershuis. Een besiender was een soort opzichter, die tolgelden inde. Zoals Noviomagus (met veel foto’s) aangeeft: “In werkelijkheid blijkt in het dubbele woonhuis echter nooit een besiender te hebben gewoond. Voor de duidelijkheid moet hierbij worden opgemerkt dat het vrije uitzicht vanuit het Besiendershuis op de Waal pas ontstond bij de verwoesting van twee panden aan de Waalkade, eind 1944 of begin 1945.”



Rijksmonument
Het Besiendershuis is sinds 1973 een Rijksmonument. Met als omschrijving: “”Besiendershuis”. Laat-gotisch woonhuis van het Nederrijnse type met zadeldak, evenwijdig aan de straat, tussen trapgevels aan de korte zijden. Geprofileerde waterlijsten, vensters met kruiskozijnen, gevat binnen korfbogige nissen of met ontlastingsbogen; vorkankers. Gerestaureerd 1941-’44.” De restaurateur was ir. Deur. Daarbij werd van het naastgelegen krot een tuintje gemaakt (Noviomagus). Op het moment van schrijven (waarschijnlijk rond 2005-2010) van haar artikel noemt Noviomagus dat de huidige functie een woonhuis is.
Artist in Residence



Sinds 2010 is het Besiendershuis “een huis van verbeelding: het pand en de organisatie zijn ingericht op het ontwikkelen van culturele residenties en het presenteren van publieksgerichte artistieke programma’s ten behoeve van de stad.”
Daarbij verblijft regelmatig een kunstenaar tijdelijk in het pand. “Tijdens hun verblijf dompelen zij zich onder in Nijmegen, maken contacten, doen ze er inspiratie op en brengen de stad verbeelding, nieuwe ideeën en kunst.” Een van de etages is dan ook modern ingericht. Daarbij herinneren verschillende voorwerpen aan de tijd dat de betreffende kunstenaar artist is in residence was. Meer over het Huis der verbeelding (en tevens bron), zie haar eigen website.
Overige bron: Besiendershuis, wikipedia
Kraan en Kraanpoort

In 1420 is de eerste vermelding van de Kraan op de Waalkade, maar aangenomen wordt dat deze kraan ouder is. Deze stond ter hoogte van de Grotestraat.
Deze kraan is eeuwen lang in gebruik geweest voor het laden en lossen van schepen. De kraan werd daarbij in beweging gezet door een tredmolen. In 1881 werd hij afgebroken, op het moment waarop tevens de Oude Haven werd gedempt. (Huis van de Nijmeegse Geschiedenis)

Gierpont

Voordat de Waalbrug gebouwd werd, kwam men naar de overkant door een zogenaamde gierpont “Zeldenrust”, die tussen de oever bij Lent en de Waalkade vaarde. Doordat in 1936 de Waalbrug werd geopend, verviel de functie van deze gierpont. Maar eigenlijk was deze ook voor die tijd al lang niet snel genoeg meer.
Alewijnse

Cornelus Alewijnse richtte in 1900 zijn installatiebedrijf en elektrotechnisch bureau op aan de Waalkade, nadat hij uit de gloeilampenfabriek was getreden die hij samen met Roothaan had opgericht. In 1908 werd richtte hij samen met Gerhardus ten Hoopen C. Alewijnse & Co op. Het bedrijf zou tot 1980 aan de Waalkade gevestigd blijven, om daarna te verhuizen naar de Energieweg.
Meer over Alewijnse op wikipedia (teven bron).
Een mooi interview met Cees Alewijnse uit 2019 is te lezen op de Bastei.
Vihamij

De Oude Haven
Waar nu het Labyrint ligt (zie hieronder), lag vroeger de haven van Nijmegen.

Met de aanleg van deze haven werd in 1601 begonnen. Na de Reductie van 1591 werd van Nijmegen een vesting gemaakt. Daarbij moest de haven worden verlegd, zodat deze binnen de wallen zou komen te liggen. Tot dan toe had een stuk stadsgracht aan de westzijde van de stad als haven gefungeerd.
In 1852-1853 werd de nieuwe haven tussen de Hezelpoort en Fort Krayenhoff aangelegd. De naam “Oude Haven” leeft nog voort als straatnaam.
Bron: https://www.huisvandenijmeegsegeschiedenis.nl/info/Oude_haven
Elektriciteitscentrale en tramremise Waalkade

Nijmegen had in 1886 al een elektriteitscentrale, de eerste gemeentelijke elektriciteitscentrale van Nederland. Voor de plannen om een elektrische tram aan te leggen, was er een grotere centrale nodig. Daarbij zou die centrale ook een groter deel van de stad elektrisch kunnen verlichten. De centrale ging in 1908 in werking, de tramremise was in 1911 gereed.
In 1936 werd de nieuwe centrale aan het Maas-Waal kanaal gebouwd, die inmiddels gesloopt is. Tot 1955 zouden er trams in Nijmegen blijven rijden.
Bron: https://www.huisvandenijmeegsegeschiedenis.nl/info/Tramremise_en_elektriciteitscentrale

De Kaaisjouwer van Margriet Hovens
De Kaaisjouwer is een beeld van Margriet Hovens. Dit beeld op de Waalkade is op vrijdag 4 september 2020 onthuld.…
Lees Meer

Holland Casino
Geschiedenis en Ontwerp van Holland Casino Nijmegen in 1989
In 1989 ging het Holland Casino op de Waalkade open. Holland Casino’s wilde graag een casino in het oosten van het land, mede vanwege de Duitse markt; Nijmegen een eye-catcher voor de Waalkade. Wel ging een Romeinse muur verloren, wat tegenwoordig als drama wordt gezien.
Lees MeerVelorama

In 1981 werd Fietsmuseum Velorama geopend, waar aanvankelijk de fietsverzameling van G.J. Moed Jr. en de oldtimers van Moed Sr. waren tentoongesteld. Na de verbouwing in 1996-1998 zijn er echter auto’s meer te zien.
Het museum heeft meer dan 500 fietsen in haar bezit, waarvan een deel in depot is opgeslagen. Het is de grootste en belangrijkste fietscollectie ter wereld, waarbij het museum is gespecialiseerd in fietsen van voor 1900.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Nationaal_Fietsmuseum_Velorama
Vloedsteen
Waalkade 65

In het café, aan de voorgevel, zit een steen die herinnert aan het hoge water van 1861. Deze is te zien in de serre, rechts van de ingang. Een uitgebreid verhaal staat op: https://www.noviomagus.nl/Monumenten/monument_0175.html. Zie ook https://www.noviomagus.nl/gevsten17.htm.
Escape Room Quirin’s

Een van de boten die al jarenlang aan de Waalkade ligt, is de Quirin’s. Afgaande op een interview, bestaat de boot sinds 1968 als restaurantboot, Quirin’s genaamd. In dat interview vertelt Ed Tonissen: ““Ik kwam van school, het was economische crisis. Ik was technisch opgeleid, maar er was geen baan te vinden. Mijn vader verhuurde Quirin’s en de huurder was net vertrokken. Ik had toch niks te doen, dus ik dacht: ‘Ik ga dat maar eens proberen.’ Al was ik het helemaal niet van plan, ik heb altijd wel een bedrijf met iets van water willen hebben.””
In 2013 is de boot omgebouwd tot café-restaurant annex bezoekerscentrum de Nijmeegse Boot. De naam verwees naar de transportboot/maatschappij die tussen Nijmegen en Rotterdam voer. Daarna was het nog een tijdlang pop-up restaurant de Portier.
Nu is het alweer een hele tijd een boot met 4 escape rooms. “Can you escape the boat?”, vraagt ze. Maar met zo’n uitzicht, waarom zou je dat eigenlijk willen?
Bronnen
https://www.gelderlander.nl/nijmegen/drijvend-cafe-restaurant-info-centrum-stadsbrug~a0ad4406/
https://www.ad.nl/nijmegen/eindelijk-weer-horecaboot-aan-waalkade~a22ce6eb/
De Pannenkoekenboot

Een van de vertrouwde gezichten van de Waalkade en de Waal bij Nijmegen: de Pannenkoekenboot. De boot is door Ed Tonissen (zie ook Quirin’s) zelf ontworpen. Er varen daarnaast exemplaren in Amsterdam en Rotterdam.
Zie voor hun site:
Waterwolf en de Aquanaut
Space Cowboys

Muursculptuur
Een groot aantal zijn in de jaren tachtig geplaatst ter gelegenheid van de waterkeringsmuur.
Grotestraat

Op de muursculptuur bij de afsluiting Waalkade/Grotestraat is het gemeentewapen van Nijmegen in abstracte vorm te herkennen: een dubbele adelaar met een wapenschild (waar normaliter een leeuw op staat)


Plaquette Hulp Albany

“Deze plaquette herinnert aan de hulp die de bevolking van Nijmegen na de oorlog kreeg van de Amerikaanse stad Albany. De plaquette is een initiatief van Stichting FAN Friendship Albany-Nijmegen”, zo begint het bord. Rechts staan de geschonken hulpgoederen: veel levensmiddelenpakketten, zeep en kleding. Wilhelmina stuurde in 1948 op haar beurt 2000 tulpenbollen als dank. Albany organiseert daarop een jaarlijks “Tulip Festival”. Nijmegen en Albany werden “sister cities”, gesymboliseerd door oranje tulpen. Voor deze plaquette staat een grote schaal oranje tulpen nu (mei 2024) in bloei.


Gevelsteen Den Witten Arent
Achter de Vismarkt

“Dit huis staet in Godts haent, het is in den Witten Arent ghenaemt, anno 1621”: Dit is de gevelsteen van de herberg ‘De Witte Arend’, welke ca.1930 – 1940 is afgebroken. Hij werd door schilder/heraldicus Jakob Berendzn Bronsema vanwege de voltooiing van de sociale woningbouw in de benedenstad in 1985. (Bron: Noviomagus en RAN)
Achter de Vismarkt heette “vroeger” Achter het Gasthuis, zo genoemd omdat de steeg achter het St. Nicolaas Gasthuis omliep. In een artikel over de aankomende sloop van de Rozengas schrijft het PGNC 21/6/1939:
“In vroeger eeuwen heerschte hier groote bedrijvigheid. Men vond er brouwerijen, een suikerrafinaarderij, die in 1745 afbrandde, verscheidende herbergen en een schippersgildehuis. Ook woonden er gezetenen burgers, o.a. wijnkoopers. Een bekend gebouw was: “In den Witten Arend”, waarvan men in een protocol van 2 Mei 1760 de volgende omschrijving vindt: “zijnde een neringryke herberg, voorzien van verscheide beneden- en bovenkamers, openen plaats, een groote kolfbaan, staande en gelegen achter het Gasthuis, genaamd den Witten Adelaar, de Groote gas ter eenre, het Rooze gasje ter andere zijde”. Een steen boven de poort van den stal droeg het opschrift: “dit huys is in Godts haent, Anno 1621, Het is in den Witten Arent ghenaemt”.

Het is mij nog onduidelijk of de Witte Arend in 1939 al gesloopt was of onderdeel van het sloopplan van de Rozengas was (en of deze daadwerkelijk is uitgevoerd).
Het volledige artikel geeft een mooi beeld van de eerste sloop en volgende sloopplannen in de Benedenstad. Dit artikel staat onderaan de pagina weergegeven.
Vrouw uitkijkend over water, Ed van Teeseling
1982 Waalkade


Drie Muursculpturen, Ben van Pinxteren
1982 Waalkade/Achter de Vismarkt

Deze sculpturen van Ben van Pinxteren bevinden zich op de doorgang naar de Waalkade. Deze doorgang kan met grote stalen deuren worden afgesloten bij hoogwater. (Bron: Kunst op Straat)
De twee muursculpturen op het plateau zijn ook van zijn hand.
Twee Muursculpturen, Ben van Pinxteren

Oude Huizen aan Waalkade

Gedicht Oude Huizen aan de Kade

Wachteres, Paul de Swaaf
1983

De bedoeling is dat dit beeld bij hoog water contact maakt met het water; daarom is dit 2,85 meter lange beeld horizontaal geplaatst.
De naam “De Wachteres” is gebaseerd op een misverstand. Aanvankelijk had de Swaaf een staand beeld van een vrouw ontworpen, die met de rokken omhoog op het hoogwater stond te wachten. Omdat hij ontevreden was over het resultaat, ontwierp hij een nieuw beeld. Door een misverstand is de naam van het eerste beeld echter blijven hangen. (Bron: Kunst op Straat)
Schaakborden

Muursculpturen Gerard Bruning
1983

Deze muursculpturen van Gerard Bruning maken onderdeel uit van een aantal opdrachten van de gemeente Nijmegen om de nieuwe waterkeringsmuur aan te kleden. (Bron: Kunst Op Straat)

Klimmuur

Sinds 2018 is er op een deel van de keermuur een klimmuur aangebracht. Tot 2014 stond hier een waterkunstwerk, een watergordijn dat echter zelden functioneerde. Bron: De Gelderlander)
Labyrinth KLaus van de Locht en Jaap van Lunen
Labyrint Waalkade van Klaus van de Locht en Jaap van Lunen
Het Labyrinth van Klaus van de Locht en Jaap van Hunen is een van de kunstwerken die gemaakt zijn vanwege…
Lees MeerArchitectuur der Natuur, Peter van de Locht
Architectuur der natuur, Peter van der Locht, Waalkade
In 1980/1981 werd aan de Waalkade, tussen de Grotestraat en Nieuwe Markt, een nieuwe waterkeringmuur gebouwd. Daarbij werd aan een…
Lees Meer
Januskop, Ben van Pinxteren
Januskop Ben van Pinxteren
De beeldhouwer Ben van Pinxteren was een van de kunstenaars die in 1982 een opdracht verkregen om met kunstwerken de…
Lees MeerWandelend Park: Sit with a Scientist pop-up park
Het sit with a Scientist park is aanvankelijk (juli-augustus 2024) verplaatst naar de Broerstraat en inmiddels (november 2024) verplaatst naar de Burchtstraat



Plaquette Belgische Krijgsgevangenen


Op de plaquette staat: “Mei – Juni 1940 hielp de Nijmeegse bevolking spontaan tienduizenden Belgische krijgsgevangenen in mudvolle rijnaken op weg naar de Nazikampen (Nationaal verbond der oud-krijgsgevangen van België)”
Na de Duitse inval capituleert België op 28 mei 1940. Vanaf dat moment worden eind mei en begin juni Belgische en Franse krijgsgevangen na een mars te voet ingescheept op rijnaken, die in Walsoorden bij Terneuzen voor anker lagen. Een kwart miljoen soldaten zou op die manier via het Hollands Diep, Waal en Rijn op overvolle schepen op transport worden gesteld naar krijgsgevangenenkampen in Duitsland. Onderweg werd som toe aangelegd, onder andere om water in te slaan.
Ongeveer 90 rijnaken meerden in Nijmegen aan. De soldaten hadden op dat moment er dus al zware reis opzitten. Omdat delen van de verwoeste bruggen die in het water lagen een groot obstakel vormden, was Nijmegen een onvermijdelijke plaats om een stop te maken. Nijmegenaren uit het Waterkwartier en de Benedenstad trokken zich het lot van de hongerige en dorstige Belgen aan. Zij kwamen massaal in actie met voedsel en medische verzorging.
De plaquette uit 1992, geplaatst door het Nationaal Verbond der oud-krijgsgevangen van België, is een herinnering aan dit toonbeeld van menslievendheid.
(Overige) Bronnen en verder lezen
Bijschrift foto GN11043 RAN
Bijschrift foto F64453 RAN, een foto van de bijeenkomst van de ex-krijgsgevangenen in de burgerzaal in het Stadhuis
https://www.gld.nl/nieuws/2135375/nijmegen-helpt-belgische-krijgsgevangenen-op-de-waal
Anker

Dit anker is een herinnering aan het levendige havenverleden van de Waalkade. De plaatsing van dit scheepsanker is (mede) ingegeven om dit deel van de Waalkade wat vrij leeg is, aan te kleden. (Bron: Noviomagus)

In de buurt van het anker staat deze NAP paal. Dit gedeelte ligt iets minder dan 12,5 meter NAP boven de zeespiegel. Het gedeelte bij het Casino ligt lager.
Blok 26, architect Paul van Hontem en Verschoor
Blok 26 architect van Hontem en Verschoor
Blok 26 is een samenwerking tussen architect Paul van Hontem en Ir. W.H. Verschoor. Het heeft 2 groene binnenterreinen. Een belangrijk onderdeel van het ontwerp was het contact met de Waal.
Lees MeerTwee muursculpturen Oscar Goedhart
Twee muursculpturen Oscar Goedhart, 1980-1981 Veemarkt. Dit kunstwerk is geplaatst als een van de opdrachten om de nieuwe waterkeringsmuur “aan…
Lees Meer

De hoogwater- of Hendrik Heucksteiger: dit was steiger met een loopbrug tussen de Waal en de Grotestraat. Hierdoor zouden passagiers van cruiseschepen zonder natte voeten aan land kunnen komen. De loopbrug was 28 meter lang, woog 7 ton en lag 4.30 meter boven de rijweg ontworpen door de Nijmeegse architect Antoon Croonen. Bij een herinrichting van de Waalkade is de steiger gesloopt. (Bron: bijschrift F88721, een foto uit 1994 tijden de Zomerfeesten)
De Kaaij

Inmiddels niet meer weer te denken: de Kaaij. Begonnen in 2011 als een zeer kleinschalig evenement, is het niet meer weg te denken als terras en festival: “In 2011 begon het met een klein rood vrachtwagentje en een uitklapbar. Met liedjes en koffie, wat mensen die bleven staan. Onder de brug en aan het water groeide het uit tot een bruisende plek. Muzikanten, schilders en kunstenaars sloten zich aan met creatieve ideeën. Hier, in de stad aan de Waal, creëren we een unieke ervaring – ons eigen cultureel terras.” (https://dekaaij.nl/)
Naast de foto’s op hun eigen site, is een mooi fotoverslag van 2024 te zien op IntoNijmegen.
Zie ook “De Kaaij vanuit de lucht” uit 2014 op https://www.nijmegenmijnstad.nl/de-kaaij/; inmiddels is de Kaaij al een aardig festival geworden; waarschijnlijk lopen de mensen op de krib van en naar het pontje dat ze naar “Havana aan de Waal” brengt.
Een artikel uit 1939: Sloop in de Benedenstad
“Een belangrijke doorbraak in de oude stad
De Rozengas verdwijnt – Nieuwe straat van 10 Meter breedte
Wordt de Waalkade watervrij?
Na de belangrijke krotopruimingen aan de Steenstraat en de Vleeschouwerstraat, die eenige maanden geleden hun beslag gekregen hebben en waardoor in het Oostelijk gedeelte van de oude stad het vraagstuk van de saneering een belangrijke schrede is gevorderd, is nu een omvangrijke afbraak begonnen in een ander deel van de oude stad, waar verscheidende panden den laatsten in het bezit van de gemeente zijn gekomen en waar ook door particulieren medewerking wordt verleend, om tot opruiming van de bouwvallen te komen. Het betreft hier n.l de totale opruiming van de Rozengas, de gedeeltelijke afbraak van de Grootegas en het sloopen van eenige panden aan de Praast- of Proosthof. Door deze afbraak komt een uitgestrekt terrein vrij, dat in de toekomst bestemd zal worden voor woningenbouw en nieuwen straataanleg, waarop wij zoo aanstaande nog nader terug komen.
Historisch plekje verdwijnt
Wie nu tusschen de bouwvallen rondloopt en de enorme puinhoopen, die door het sloopwerk daar thans ontstaan zijn, gadeslaat, zal moeilijk kunnen vermoeden, dat het hier een der oudste gedeelten van Nijmegen betreft, dat in vroeger tijden- wij spreken nu van ongeveer vijf eeuwen geleden- door gegoede ingezetenen van onze stad werd bewoond. Het Rozengasje b.v., dat binnen enkele dagen nog slechts in de herinnering zal voortleven, loopende van de Nonnenstraat naar Achter de Vischmarkt, heette vroeger: Achter het Gasthuis, zoo genaamd, omdat de steeg achter het St. Nicolaas Gasthuis omliep. Dat Gasthuis bevond zich ter plaatse, waar zich thans de oude Luthersche kerk in de Grootestraat bevindt. In vroeger eeuwen heerschte hier groote bedrijvigheid. Men vond er brouwerijen, een suikerraffinaarderij, die in 1745 afbrandde, verscheidende herbergen en een schippersgildehuis. Ook woonden er gezetenen burgers, o.a. wijnkoopers. Een bekend gebouw was: “In den Witten Arend”, waarvan men in een protocol van 2 Mei 1760 de volgende omschrijving vindt: “zijnde een neringryke herberg, voorzien van verscheide beneden- en bovenkamers, openen plaats, een groote kolfbaan, staande en gelegen achter het Gasthuis, genaamd den Witten Adelaar, de Groote gas ter eenre, het Rooze gasje ter andere zijde”. Een steen boven de poort van den stal droeg het opschrift: “dit huys is in Godts haent, Anno 1621, Het is in den Witten Arent ghenaemt”.
Het Rozengasje zelf bestond uitsluitend uit woonhuizen, waarin in 1438 een zekere Coenraed Schutt kwam te wonen en daar een “stoof”, dat is een warm bad en verwarmd vertrek, liet inrichten. Ook uit talrijke protocollen uit de vijftiende eeuw, blijkt, dat er vroeger gegoede families woonden. Ondanks alle verval zijn sommige muren nog van een respectabele kracht en afmetingen. Men bouwde vroeger uiterst solide! De baksteenen in de oudste panden hebben een lengte van 30 en een dikte van 9 cm.
Ook de Grootegas is van een respectabele ouderdom. De naam komt reeds in 1427 voor en aan talrijke, thans wel zeer schamele huizen, ontdekt men nog de sporen van vroegere deftigheid.
De vergelijking met de andere gassen is de Grootegas tamelijk breed n.l. drie en een halve meter, maar in de naaste toekomst zal dat aanmerkelijk veranderen. Bij de plannen voor de saneering van de oude stad, is n.l. voor de Grootegas een nieuwe rooilijn vastgesteld en het doel van de thans aangevangen afbraak is o.m, om tot verbreeding van de Grootegas te komen. Dit wordt in de toekomst een belangrijke verbindingsweg van de Waalkade naar het centrum van de stad en de breedte er van zal op niet minder dan tien meter worden gebracht.
Tenslotte verrichten op het oogenblijk de sloopers hun werk op ’t z.g. Praast- of Proosthof. Dit is een terrein tusschen Achter de Vischmarkt en de Nonnenstraat. De naam is ontleend aan de woning van den Proost van het vroegere nonnenklooster, dat in de vijftiende eeuw in de Nonnenstraat gevonden werd. Een bewijs, dat deze omgeving vroeger betere dagen gekend heeft, is wel, dat dit klooster er een voor adelijke vrouwen was. Men vond in deze omgeving ook huizen bewoond door familie als Collart van Lynden, van Welderen, van Redichaven enz. Tot de woning van den zooeven genoemden Proost behoorde ook het nu nog bestaande poortje- dat intusschen voorshands nog niet gesloopt wordt- met bovenkamer, waar de Proost zich met voorliefde ophield. In een protocol van 1462- waar waren die gewichtige documenten al niet goed voor!- vertelt een zekere Dirck Hack, dat hij “een tyt geleden heeft sitten eten met den praest, jan van Bueren, en joffer Neza (’s proosten zuster) opter poorten, dat sy daermit woerden krigenden” enz. Waarna het relaas volgt van een “pittig onderhoud”, over een familiegeschil, dat overigens niet ter zake doet. Het Proostenhuis schijnt vroeger een toren te hebben gehad. In het laatst van de achttiende eeuw behoorde het in eigendom aan de Maillard de Pleinchamp, gewezen Waalsch predikant en later schijnt het als militaire barak te zijn ingericht geweest. In een cohier van 1649 vinden wij nog vermeld, dat op het Proosthof acht huizen stonden.
Een gedeelte van deze omgeving, dat ook nog niet aan de beurt is om onder sloopershanden te vallen, is de Schapengas, een doodloopend steegje, het nauwste van Nijmegen, dat vroeger op het Proosthof schijnt uitgekomen te zijn. Ook hier woonden vroeger aanzienlijke families, o.a. een notaris, de gemeensman Dibbets en, zooals het Hopmanboek van 1743 vemeldt: de Hoog Welgeb. Maximillaen Renesse.
Plannen voor de toekomst
Zooals wij daar straks reeds opmerkten, komen door deze afbraak belangrijke complexen vrij, die voor woningbouw benut kunnen worden. De plannen daarvoor staan echter nog geenszins vast. Men zal in de eerste plaats rekening moeten houden met de toekomstige bestemming van de oude stad, n.l. met een saneeringsplan, dat het geheel omvat. Zooals men weet, bestaan tegen partieele saneeringen groote bezwaren en alvorens daartoe een besluit wordt genomen, zal men de zaak van elke kanten moeten wikken en wegen, opdat men later niet tot de ontdekking komt, dat uitvoering van andere werken, door reeds tot stand gekomen bouwwerken, in sterke mate belemmerd wordt, dan wel dat men geen architectonisch juist geheel meer kan krijgen.
De bij het vraagstuk van de oude stad allesbeheerschende vraag is, of de Waalkade al dan niet watervrij zal worden gemaakt. Zooals wij al eens eerder uiteengezet hebben, berust de beslissing hieromtrent bij het departement van Waterstaat, dat aanvankelijk volstrekt afwijzend hiertegenover stond. Men weet, dat de Waalkade behoort tot het winterbed van de rivier, en zou men, hetzij door ophooging, dan wel door het maken van een waterkeerenden muur, dit gedeelte van het winterbed doen verdwijen, dan zou de consequentie daarvan vormen, dat men aan de Lentsche zijde het winterbed zoozeer verruimt, dat het afvoervermogen van de rivier even groot blijft, als thans het geval is. Dat daarmede belangrijke kosten gemoeid zijn, spreekt wel vanzelf.
Jarenlang heeft de gemeente na reeds pogingen in het werk gesteld om de Waalkade watervrij te krijgen. In zekeren zin staat of valt het vraagstuk van de saneering van de oude stad er mede. Nu het vraagstuk van oud-Nijmegen niet alleen ter plaatse als van groote beteekenis wordt aangeduid, maar in het geheele land er bestelling voor is gewekt, schijnt men bij den Rijkswaterstaat meer begrip voor deze voor Nijmegen zoo buitengewoon belangrijke aangelegenheid te hebben gekregen. Wij hebben n.l. in waterstaatskringen hooren verluiden, dat men niet meer volstrekt afwijzend tegenover de onttrekking van de Waalkade aan het winterbed van de rivier staat en op het ogenblik wordt onderzocht, op welke wijze aan de verlangens van het gemeentebestuur kan worden tegemoet gekomen.
Ofschoon deze aangelegenheid nog slechts in het stadium van overweging verkeert, mag deze gang van zaken toch in hooge mate met vreugde begroet worden. Immers, zoowel de stedenbouwkundige ir. Siebers, de betrokken gemeentediensten en de Commissie S.O.S. zijn het er volkomen over eens, dat slechts door watervrijmaking van de Waalkade een afdoende oplossing kan worden verkregen.” (PGNC 21/6/1939)
(Overige) Bronnen en verder lezen:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Waalkade_(Nijmegen)
https://www.huisvandenijmeegsegeschiedenis.nl/info/Stadsmuur,_torens_en_poorten_aan_de_Waalkade
https://www.dbnl.org/tekst/sten009monu05_01/sten009monu05_01_0157.php
https://nl.wikipedia.org/wiki/Stratemakerstoren
Noviomagus, met veel foto’s
https://www.spannendegeschiedenis.nl/locatie/nijmegen-stratemakerstoren/


