1951/1952/2014 Plein 1944

In 1951 vindt de onthulling van het voorlopige beeld voor de gevallen soldaten afkomstig uit Nijmegen plaats. Oorspronkelijk was dit monument een initiatief van de Nijmeegse afdeling van “Het Mobilisatiekruis” en, na de landelijke fusie, ook van de Nederlandse Bond van Oud-Strijders. Zij had behoefte had aan een monument, dat (tevens) diende als locatie om de de gevallen soldaten jaarlijks te herdenken. De maker was Jac. Maris. Tegenwoordig (en net op een andere plek) staat er een kopie in brons.
De plaatselijke afdeling van het Mobilisatiekruis had het initiatief genomen om een monument voor de gevallen Nederlandse strijders op te richten.
Bond “Het Mobilisatiekruis”
De plaatselijke afdeling van het Mobilisatiekruis had het initiatief genomen om een monument voor de gevallen Nederlandse strijders op te richten. De Nationale Bond “Het Mobilisatiekruis” was opgericht voor het beheren en uitreiken van het Mobilisatiekruis 1914-1918 en het Witte Mobilisatiekruis 1914-1918. Deze Bond was op 19 september 1925 opgericht en kreeg 7 oktober de Koninklijke goedkeuring. De onderscheidingen waren ingesteld door het “Nationaal Comité Herdenking Mobilisatie 1914”, bedoeld om in 1924 de 10e verjaardag van de mobilisatie van 1914 ter herdenken, “om de tienduizenden gemobiliseerde soldaten te bedanken voor de vier jaren die zij hadden moeten opofferen voor het behoud van de Nederlandse neutraliteit. Het Comité wilde het weinig krijgshaftige Nederlandse volk er ook op wijzen dat vrede, zo meende zij, “altijd kwam ná oorlog”.” (wikipedia)
Wens beeld in 1951 gereed
De Nijmeegse afdeling van het “Mobilisatiekruis” hoopt op haar jaarvergadering in januari 1950 dat het monument voor de gesneuvelde Nijmeegse soldaten voor augustus 1951 gereed zal zijn: rond die tijd zal de Nationale Bond in Nijmegen haar zilveren bestaansfeest willen vieren. (De Gelderlander 13/1/1950)
Ontwerp beeld

Het ontwerp van het beeld lijkt redelijk overeenkomstig het uiteindelijke beeld. In de kranten over het monument staat dat er over het ontwerp discussie is geweest, maar tot nu toe heb ik nog niet kunnen vinden waarover deze discussie ging.
Het “stelt voor een ’n stervend krijgsman, nog de pijn van het sterven in zijn lichaam. Naast hem zijn kameraad die hem gaarne zou willen helpen of om in de laatste seconde de hand ten afscheid te drukken, maar plicht en krijgstucht weerhouden hem. Op zijn post, op zijn hoede. Het krijgsgewoel om hem heen wordt uitgevoerd onder een ander rhythme. Dit concept is niet alleen psychologische gedachtenis, maar ook een compositie van meerdere ordeningen. Het is in principe gedacht tot een hoogte van circa 3.20 meter boven de grond en met een grootste breedte van ongeveer 2 meter.”
Wens Grote Markt
De gewenste locatie is de Grote Markt: “Uiteraard is met het monument zelf en de plaats waar het geprojecteerd is rekening gehouden met de grote veranderingen, welke de directe omgeving van de Grote Markt zal ondergaan.” Het monument zal in Ettringer tufsteen worden uitgevoerd.
Ook aan het “Centrumplein” (Plein 1944) wordt gedacht, maar de “ontwerper acht het ’t best op zijn plaats op de Grote Markt.” Het Mobilisatiekruis, gefuseerd met de Nederlandse Bond van Oud-Strijders, hoopt dan ook vanaf het jaar daarop (1951) op 10 Mei de Nederlandse gevallenen te kunnen herdenken. (De Gelderlander 17/8/1950)
… maar toch Plein 1944
In 1951 wijzigt de gemeente haar plannen voor de Grote Markt: het oorspronkelijke plan van een plateau met trapjes gaat niet door. Daardoor wordt ook naar een andere locatie voor het monument uitgezien. Daarbij valt het oog op Plein 1944. De Gelderlander: “In deze omgeving zou het monument tegelijkertijd de herinnering levendig houden aan de talrijke slachtoffers uit de burgerij, die in de binnenstad bij de ramp van 22 Februari 1944 en daarna het leven lieten.” (De Gelderlander 31/3/1951)
1951: onthulling voorlopig beeld

“Zaterdagmiddag” vond in mei 1951 de onthulling plaats, waarbij duizenden Nijmegenaren aanwezig waren. Het ging daarbij nog om een model van het beeld; daarbij wordt verwacht het uiteindelijke beeld in augustus of september te kunnen plaatsen. “Zij allen willen zich een indruk vorm van het kunstwerk van Jacques Maris, die de niet gemakkelijke opdracht kreeg om de verschrikkingen van de laatste oorlog in een enkel moment vast te leggen. Maris heeft zich op voortreffelijke wijze van zijn taak gekweten. Hij is er in geslaagd een monument te ontwerpen dat de gevallen militairen eert een tegelijkertijd, in de uitbeeldingen op de rand, de inspanningen en offers van mensenlevens en bezit van de burgerij voor de komende tijden vastlegt”. Het beeld was bekostigd door de Nijmegenaren. Bij de onthulling wordt daarnaast genoemd dat de militairen van het commando Luchtvaarttroepen een groot bedrag hadden geschonken.
Bij zijn toespraak benadrukt de burgemeester het belang van de locatie. De Gelderlander daar over: “Op deze plaats, Plein 1944, waar de binnenstad uit zijn puinhopen herrijst, is de symboliek van het beeld wel bijzonder op zijn plaats. Het jonge monument houdt in het hart van de oude stad de herinnering levendig aan de stadsgenoten, die vielen opdat wij thans in vrijheid kunnen leven.” (De Gelderlander 7/5/1951)
Het was belangrijk dat het beeld (op 5 mei) 1951 onthuld zou worden: dan viert de landelijke vereniging “Ereschuld en dankbaarheid” haar tweede lustrum in Nijmegen (De Gelderlander 31/3/1951). Dit militaire fonds was in 1940 als stichting opgericht als steun voor de veteranen en slachtoffers van mei 1940. In 1946 werd het een vereniging en uiteindelijk in 2021 opgeheven (Defensie).
Uit de takel gevallen
De onthulling van het voorlopige monument van Jac. Maris was echter bijna niet doorgegaan. De avond voor de onthulling zou het transport vanuit het huis van Maris in Heumen naar Plein 1944 worden overgebracht. Vlak bij zijn huis viel het echter uit de takel. Maris en zijn assistenten werkten daarop de hele nacht door om het beeld te herstellen, waarop het beeld uiteindelijk toch die middag om 2 uur kon worden onthuld (De Gelderlander 5/5/1951).
Discussie opschrift
Het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen had het beeld goedgekeurd, maar niet het beoogde opschrift “Voor hen, die in ons midden leefden”, omdat zij dit opschrift te algemeen vindt. Daarop kwam de Commissie voor Oorlogs- en Vredesgedenktekens uit Amsterdam met de tekst: “Trouw tot in de dood. Ter nagedachtenis van de gesneuvelde militairen te Nijmegen”. In oktober 1951 zijn er intussen 12 weken verlopen en is er “taal noch teken” gehoord. Daarbij schrijft de Gelderlander dat Maris spoedig een begin zal maken met het originele monument. (De Gelderlander 31/10/1951)
1952: Onthulling definitief beeld
In augustus 1952 werd het uiteindelijke beeld geplaatst, welke na twee weken “gistermiddag” (De Gelderlander 25/8/1952) aan de gemeente werd overgedragen. De jeugd had intussen al vernielingen aan het voetstuk aangebracht, waarbij tevens de tekst op het voetstuk moet worden vervangen. “En maandagmorgen nog moesten tientallen rotte appels van het beeld verwijderd worden.”
Op foto GN8922 RAN is overigens te zien dat het opschrift op dat moment toch “Voor hen, die in ons midden leefden” is geworden.
Zie voor een foto van de plaatsing GN9020 RAN. Een mooie foto over het onthulde beeld met de St. Stevenstoren in aanbouw is te vinden op F32479 RAN.
Vernielingen en nogmaals: geschikte locatie?
Een jaar later zijn er nog steeds problemen met vernielingen: “Het plan bestaat nu, het voetstuk te verhogen tot ongeveer 3.15 meter vanaf de grond”. Om het beeld komt een schuin aflopend gedeelte met kinderkopjes en op 4 punten een paaltje. Bovendien schrijft de Gelderlander over de plaats: “… en toen het besluit viel het monument op het Plein te plaatsen, kon niemand vermoeden, dat de groente- en fruitmarkt daar definitief gehouden zou worden en evenmin, dat op het verhoogde gedeelte van het Plein en juist in de onmiddellijke omgeving van het monument een bushalte zou worden gemaakt, die overigens in het belang van een veilig en geordend verkeer te zijner tijd wel weer verdwijnen zal.”
Daarna vraagt de Gelderlander zich af of het Plein in de toekomst wel een goede locatie is: “Wanneer evenwel uitvoering zal worden gegeven aan de oorspronkelijke plannen met het Plein 1944, namelijk een verkeers- en parkeerplein, zal het de vraag zijn of het monument dan wel op het Plein op zijn plaats is.” (De Gelderlander 21/11/1953)
2009/2014: Vervanging door brons
In 2009 werd het beeld weggehaald om gerestaureerd te worden. Daarbij bleek dat het beeld inmiddels broos en poreus was geworden. Ook na een restauratie zou het beeld niet geschikt meer zijn om in de buitenlucht te staan. Daarop besloot gemeente Nijmegen een bronzen exemplaar te laten maken (https://kos.nijmegen.nl/overzicht-kunstwerken/). Daarbij vervangt het huidige voetstuk van Belgisch hardsteen het originele van basalt (4en5mei).
Plaquette 180 namen Nijmeegse slachtoffers

Op 4 mei 2019 is een plaquette onthuld met de namen van de slachtoffers die gevallen zijn in het Rijk van Nijmegen. Daarbij staat de tekst: “Ter nagedachtenis aan de Nijmeegse militairen die vielen voor de vrijheid tijdens de Tweede Wereldoorlog 1940-1945” en “Namenlijst onthuld op 4 mei 2019”. Deze plaquette vervangt een naamplaatje dat in 2007 was aangebracht (4en5mei).