Hatertse veldweg 284 en 286 Augustus 2023 (Google Streetview)
#Nijmegen, Gebouw van de dag

Vereenigde Chemische Fabrieken

1931 Hatertseveldweg 284 en 286 Heseveld

Hatertse veldweg 284 en 286 Augustus 2023 (Google Streetview)
Hatertse veldweg 284 en 286 Augustus 2023 (Google Streetview)

In 1931 laat T.B. Troost zijn nieuwe fabriek Vereenigde Chemische Fabrieken met een woonhuis bouwen aan de Hatertse veldweg 284 en 286. De architect was van Eldik. Deze fabriek produceerde poetsmiddelen. Twee jaar daarvoor had hij zijn fabriek overgebracht naar de Hatertse veldweg 126.

Plan tot het Bouwen van een Fabriek met Woonhuis aan den Haterschen Veldweg kad. Bek. Gem. Hatert Sectie C. 6275-6276 voor rekening van den WeldD. Heer T.B. Troost Slichtenhorststr. 74, architect J.H. van Eldik, datum tekening 1-6-1931 (D12.397135).
Plan tot het Bouwen van een Fabriek met Woonhuis aan den Haterschen Veldweg kad. Bek. Gem. Hatert Sectie C. 6275-6276 voor rekening van den WeldD. Heer T.B. Troost Slichtenhorststr. 74, architect J.H. van Eldik, datum tekening 1-6-1931 (D12.397135).

Vereenigde Chemische Fabrieken.

Op Hatertschen veldweg no. 284 heeft zich een nijverheid ontwikkeld, welke aan zestig personen werk verschaft en in staat blijkt tegen de buitenlandsche nijverheid te kunnen concurreeren met artikelen, welke in kwaliteit en prijs voldoen aan de eischen van het publiek. Hier werd voornamelijk aandacht gevraagd voor verschillende poets- en glansartikelen.

Het Nederlandsch fabricaat propageeren in dezen tijd van internatioale crisis en nijverheidsnaijver, om zoo de werken in eigen land aan loonenden arbeid te kunnen houden, is de plicht van iederen waren vaderlander. Die plicht wordt een aangename taak wanneer men overtuigd is van de volle waarde van het product.

De Vereenigde Chemische Fabrieken- eigenaar de heer F. Troost- heeft een ruime fabriek doen bouwen, welke gisteren officieel geopend werd. Vele genoodigden waren daarbij tegenwoordig- ook de vele vertegenwoordigers uit alle deelen des lands.

De heer F. Troost sprak het inleidingswoord en deed uitkomen, hoe met aller medewerking dit bedrijf uitgegroeid is tot den beteekenenden omvang van heden.

Onze Nederlandsche industrie, welke moeite doet zich in eigen land boven de buitenlandsche te verheffen, ontmoet daarbij vele moeilijkheden. De vreemde nijverheid profiteert van de Nederlandsche wettig geregelde handelsusances.

Importeert Nederland naar den vreemde, dan moet op het artikel wel degelijk het land van herkomst voorkomen. In Nederland heeft de buitenlandsche fabrikant zijn verkoopkantoor en laat de importeur desnoods op zijn artikelen den naam zetten der Nederlandsche importcentrale, welke zijn artikelen voert.

Onze industrie- vooral ook die van chemische producten, verschillende poetsartikelen- ondervindt zooveel tegenwerking.

Toch handhaafde zij zich door kwaliteit en goede propagandapolitiek tegenover de buitenlandsche.

Het bewijs ligt in deze fabriek.

De hoofdvertegenwoordiger, de heer Jansen Muis, sprak namens de vertegenwoordigers en wenschte de directie geluk met de uitbreiding der fabrieken.

Sinds jaren had kachelglans, een buitenlandsch fabricaat, het monopolie. Vele fabrikanten wilden dien alleenverkoop breken, maar strandden telkens.

De heer F. Troost probeerde het toen met zijn artikel Ovaline. Daartoe behoorde een groote dosis optimisme en vakkennis.

Hij moest een aanval doen op den sleur der Nederlandsche huisvrouwen, die altijd buitenlandsche artikelen hadden gebruikt en nu moesten leeren poetsen en inwrijven, niet naar den ouden trant, dik inwrijven en hard poetsen, maar dun inwrijven en licht uitpoetsen.

Daarbij moest de fabrikant rekening houden met de moderne keukeninrichting.

Hij deed dat allemaal en slaagde, dank zij ook doeltreffende reclame.

Thans wordt Ovaline overal gebruikte en bloeit een tak van Nederlandsche nijverheid.

Het tweede fabricaat koper- en zilverpoets Si-So gaat eveneens uitstekend.

Gezond optimisme, goede samenwerking en vakkennis brachten hier een bedrijf in bloei, dat velen aan ’t werk houdt in een specifiek Nederlandsche nijverheid.

De heer Opdam bood als oudste in jaren van de vertegenwoordigers namens allen den heer F. Troost een fraaie ets aan voor diens kantoor en wees dankbaar op de goede onderlinge verhoudingen.

De heer F. Troost aanvaardde dit blijk van waardering in dank.

De Verenigde Chemische Fabrieken werden voor 25 jaar gevestigd in de Ruyterstraat, vervolgens overgebracht naar Hatertschen veldweg 126 en zijn nu ruimer geïnstalleerd in de nieuwe gebouwen Hatertsche veldweg 284.

De nieuwe fabriek is zoo goed als geheel in beton opgetrokken en doelmatig voor het bedrijf ingericht, Beneden met uitzicht op den Hatertschen veldweg zijn de expeditielokalen, de kantoorkamer, het reclamebureau en het privé-kantoor. Boven zijn ruime voorraadmagazijnen. Achter de kantoren liggen de gietlokalen en pakzalen- alles van beton en met betonnen tafels- eenvoudig, maar practisch voor het bedrijf.

Over een open binnenplaats komt men in de geheel vrij staande en brandvrije kokerij, waar de grondstoffen voor de verschillende poetsmiddelen worden gekookt.

Met het oog op het mogelijk brandgevaar is dit gebouw hecht gezet met voldoende uitgangen voor het personeel.

Achter de kokerij liggen, weder door een open pleintje gescheiden, eenige open magazijnruimte en een garage voor drie bestelauto’s.

De bouw is uitmuntend uitgevoerd door den aannemer R.J. Jansen, Hatertsche weg; de electrische licht- en krachtinstallatie werd uitgevoerd door het electrotechnisch bureau J. Lamers te Hees, het schilderwerk der kantoor door de firma Jansen, Guyotstraat.

Naast de fabriek is nu nog in aanbouw een buitenhuisje voor den concierge.

De Chemische Fabrieken van F. Troost produceren: Ovaline-kachelglans, Si-So koperpoets in tuben, Ijsbeer-schoencream, Joretta- boen- en zeilwas en Wera-schuurpoeder. En in al deze artikelen weet het Nederlandsch fabrikaat het vermaarde en veel verspreide Engelsche te overtreffen.”

(De Gelderlander 10/12/1931)

Vervolg

Hatertse veldweg 284 en 286, april 2010 (Google Streetview)
Hatertse veldweg 284 en 286, april 2010 (Google Streetview)

In ieder geval is de fabriek in 1950 nog in gebruik: dan worden jongens beneden de 18 jaar gevraagd voor de Ovaline fabrieken (De Gelderlander 4/9/1950). En inn 1953 een Juffrouw voor kantoor (De Gelderlander 21/7/1953).

Uit De Gelderlander 30/7/1945 blijkt dat de Kousenfabriek N.V. ADVA zich tevens op dit adres bevindt. In De Gelderlander 19/5/1947 blijkt echter dat “de bovenverdieping” is uitgebrand. Het is mij (RE) nog niet bekend of dit (een deel van) het kantoorgebouw betrof, dat hierna weer is opgebouwd, of een van de andere gebouwen. In april 2010 lijkt aan de voorkant de situatie nog vrijwel ongewijzigd.

Wanneer de fabriek is gestopt, is mij (RE) nog niet bekend. In 2010 zit in ieder geval Jewel Heart op dat moment al in het pand, getuige de gele borden en het bord voor het pand. Zij zitten op dit moment nog steeds in het pand.

Rond 2012 heeft een verbouwing plaatsgevonden van een voormalig bedrijfspand tot een boeddhistisch centrum en 4 appartementen en ondersteunende voorzieningen. Tijdens de verbouwing is een extra verdieping op het gebouw gekomen en zijn de muren van het gebouw geschilderd.

Meer over deze fabriek op Noviomagus

 

Jos. Van Eldik, architect

OVER Johannes Hendrikus of Jos. van Eldik (Zetten-Andelst, 24-2-1895  –  Nijmegen , 0-7-1973) Jos. van Eldik is architect. De meeste…

Augustijnenbosje

ingangen bij Oude Graafseweg ter hoogte Ligusterlaan en bij de Verbindingsweg Het bos is vernoemd naar de orde der Augustijnen.…

voormalig hotel-café-restaurant 'Welgelegen' (ca. 1865), verbouwd door architect van Eldik, rechts lag de Dennenstraat, foto1972 (E.F. van der Grinten via F78773 RAN CC-BY-SA)
#Nijmegen, Gebouw van de dag

Café-restaurant-pension Welgelegen verbouwing architect van Eldik

1935 Hoek Dennenstraat-Graafscheweg Neerbosch/Heseveld Gesloopt

voormalig hotel-café-restaurant 'Welgelegen' (ca. 1865), verbouwd door architect van Eldik, rechts lag de Dennenstraat, foto1972 (E.F. van der Grinten via F78773 RAN CC-BY-SA)
voormalig hotel-café-restaurant ‘Welgelegen’ (ca. 1865), verbouwd door architect van Eldik, rechts lag de Dennenstraat, foto1972 (E.F. van der Grinten via F78773 RAN CC-BY-SA)

In 1935 ontwerpt architect van Eldik de verbouwing van een landhuis tot het café-restaurant-pension Welgelegen. Dit landhuis is rond 1865 gebouwd.

Aanvankelijk droeg het de naam Karelshof en later Villa Löding. Nadat het gebouw enkele jaren leeg heeft gestaan, laat de familie L. Gerhardt het pand verbouwen tot café-restaurant-pension. 3 kamers werden als café ingericht. Voor de beukenhaag kwam een afrastering in de plaats.

Het krantenartikel hieronder noemt de grote weg van Nijmegen naar Den Bosch, de Graafseweg: deze zal door het toenemend gebruik van de auto steeds belangrijker zijn geworden. In 1935/1936 vestigt zich aan de overkant Autopalace. Daarnaast noemt het artikel dat Welgelegen vooral gunstig is voor “het groote huizen-complexen tusschen St. Anna en Graafscheweg”: daarbij zal het artikel vooral doelen op de wijk de Hazenkamp, waarvan een deel in de jaren 30 is gebouwd.

““Welgelegen” aan Graafscheweg

Nieuwe café-restaurant-pension met speel- en theetuin

De gemeente Nijmegen heeft nog geen teveel aan speel- en theetuinen annex café-restaurants in naaste omgeving.

Tenminste niet naar de zijde van den Graafscheweg.

De heer L.J. Gerhardt heeft dan ook goed gezien naar den kant van het Maas-Waalkanaal een nieuw ingericht café-restaurant-pension annex speeltuin en theetuin te openen.

Het vroegere buiten “Welgelegen” op den hoek Dennenstraat-Graafscheweg, is naar ontwerp van architect Van Eldik, binnen en buiten verbouwd tot een aantrekkelijk buiten-restaurant, dat het goed doet in den lommerijken tuin aan een grooten verkeersweg als die van Nijmegen naar Den Bosch.

Het nieuwe buiten-restaurant heeft een frontbreedte van 120 Meter langs den weg en biedt de groote aantrekkelijkheid van een rustig zitje in een mooi stukje natuur.

De speeltuin voor de jeugd is gescheiden van den theetuin, maar toch niet zoo dat de ouders geen toezicht meer hebben op de kinderen, die zich vroolijk kunnen vermaken met meerdere nieuwste Lunapark-attracties, als glijbaan, zweefmolen, enz.

De firma Campagne te Beek richtte dit attractioneele Luna-park in.

De theetuin biedt aangename zitjes.

Is zoo voor den buitendienst van “Welgelegen” goed gezorgd, ook binnen is door doelmatige verbouwing voor gezelligheid gezorgd.

De gelagkamer is moderne ingericht, met gerieflijk buffet en aangename rustgelegenheid.

Een nieuw Schepper-billiard werd geplaatst.

De firma Heijmans uit de Dennenstraat zorgde voor een frissche beschildering en de firma W. Riede voor een goede electrische verlichting.

Het interieur werd met kleurig glas-in-lood verlevendigd.

De aannemer, de heer Smit van den Muntweg, verzorgde de verbouwing op practische wijze.

De heer L.J. Gerhardt toonde zijn tijd te begripen door de prijzen niet te hoog te zetten en maar veeleer betaalbaar uit iedere beurs.

“Welgelegen” vooral gunstig gelegen voor de bewoners van de groote huizen-complexen tusschen St. Anna en Graafscheweg. Ouders met kinderen kunnen van daar een aangenaam uitstapje maken naar “Welgelegen”. (28/5/1935)

Vervolg

In 1952 werd gestopt met de speeltuin, waarbij Chevron de grond kocht. Op 1 april 1954 vertrok de familie Gerhardt. Hierna werd het pand voor 10 jaar verhuurd aan de familie Heijsen. Daarop kocht Chevron het pand, met het doel om het pand te verbouwen tot motel. In 1976 werd echter het pand gesloopt.

De naam “Welgelegen” is wel behouden in de naam van het studentencomplex dat tussen de Graafsweg in ligt.

Bron en verder lezen:

Op Noviomagus staat een grote pagina vol herinneringen en foto’s

Jos. Van Eldik, architect

OVER Johannes Hendrikus of Jos. van Eldik (Zetten-Andelst, 24-2-1895  –  Nijmegen , 0-7-1973) Jos. van Eldik is architect. De meeste…

Stier van Hees beeld op Danielsplein Korvinus 202311.jpg
#Nijmegen, Kunstwerken

De Stier van Korvinus

1990 Daniëlsplein

Stier van Hees op Danielsplein,beeld van Wim Korvinus, november 2023
Stier van Hees op Danielsplein,beeld van Wim Korvinus, november 2023

De Stier van Hees op het Daniëlsplein is een beeld van Wim Korvinus. Het beeld wil een tegenwicht bieden aan de naar Zuid-Afrikanen vernoemde straatnamen.

Het Kunstwerk

Hoewel het beeld aanvankelijk geen naam heeft, wordt het al gauw -ook in het artikel over de onthulling in 1990- de “Stier” genoemd. Andere namen zijn “Stier van Hees”, de “Stemvork”, “de Noorman”’ of “Het Gewei van Heseveld”.

Het beeld is 12 meter hoog. Het onderste gedeelte bestaat uit donkergrijze verblendsteen, waarop een vlak van witte verblendsteen staat. In het beeld zijn 6 openingen, sprongsgewijs aangebracht. Het bovenste gedeelte, de “hoorn”, is gemaakt van roesvrij staal welke is wit geschilderd. Daarbij is de ene punt lager da de andere, dit, om de schuine stand te versterken. Tussen het staal en het steen zit een betonnen kraag.

Zichtbaar

Het kunstwerk kwam in nauw overleg met een groep bewoners uit Heseveld tot stand. Korvinus in (waarschijnlijk) de Gelderlander in een artikel over de onthulling: “Het is goed dat kunstwerken niet zomaar ergens worden neergezet. Het kost veel geld en daarom moet er met betrokkenen over gepraat en gediscussieerd worden of het dat wel waard is”. De kunstenaar was tevreden met het uiteindelijke resultaat: waar je voorheen over het Daniëlsplein heen keek, is het met het kunstwerk beter zichtbaar. Op zijn site is Korvinus trots dat de (inmiddels toenmalige) site van het bewonersoverleg heseveld.org het beeld als logo gebruikt.

Tegenwicht

Om tegenwicht aan de straatnamen die verwijzen naar Zuid-Afrika, wilde Korvinus een Zuid-Afrikaans element toevoegen. Hij kwam daarbij uit op de Zuid-Afrikaanse dichter Vernon February die in Amsterdam woonde. Van hem staat in een “raampje” op ooghoogte een tekstregel in Xhosa: “Isiziba si viwa ngodondolo” (Wat vrij vertaald “Met geduld kan je uiteindelijk iets doorgronden” betekent).

Daarbij is de vorm is afgeleid van Afrikaanse lettertekens (KOS).

Vernon February

Vernon Alexander February (Somerset-Wes, Zuid-Afrika, 15 juni 1938 – Amsterdam 24 november 2002) was in 1963 als balling naar Nederland gekomen. Hij was zowel dichter als wetenschapper.

In 1968 studeerde hij af aan de Rijksuniversiteit Leiden. Hij was 30 jaar wetenschappelijk medewerker bij het Afrika-Studiecentrum in Leiden. Hij streed in samenwerking met Nederlandse organisaties tegen apartheid en de gevolgen daarvan. Daarbij was hij een veelgevraagd spreker, waar hij gedichten voorlas en verhalen vertelde.

Hij was een van de eerste ballingen die terug ging naar Zuid-Afrika, waarbij hij werd aangesteld als buitengewoon hoogleraar. Sinds 1996 had hij last van gezondheidsproblemen. Hij overleed in 2002 in Amsterdam, hij was in Nederland voor een grootse afscheidsconferentie.

Afrikaanse helden?

Het beeld is bedoeld als tegenwicht voor de straatnamen die vernoemd zijn naar Zuid-Afrikanen als Paul Kruger, Louis Botha en Petrus Jacobus Joubert. In de tijd dat de straatnamen naar hen werden vernoemd, werd er nog anders tegen Zuid-Afrika aangekeken: op dat moment werden deze mensen als helden uit de Boerenoorlogen gezien, waarbij zij als bevelhebber tegen de Britten hadden gevochten.

Daarnaast waren het politici: Kruger was tussen de twee Boerenoorlogen president van Transvaal. Na de Tweede Boerenoorlog vestigde hij zich aanvankelijk in Nederland, waar hij door Wilhelmina werd ontvangen.  Joubert was als politicus de rivaal van Kruger, waarvan hij steeds de verkiezingen verloor en vice-president werd. Tijdens de Tweede Boerenoorlog overleed hij aan een buikvliesontsteking, waarbij Botha hem als opperbevelhebber opvolgde. Na de Tweede Boerenoorlog werd Botha minister-president van Transvaal en bij de Unie van Zuid-Afrika in 1910 de eerste premier.

Nederland voelde een grote verbondenheid met Zuid-Afrika en met deze Boeren, aangezien velen afstamden van Nederlandse voorouders.

Daarvoor was er strijd was geleverd met de zwarte bevolking, die vermoord of van hun land was verjaagd. Hoewel niet verder onderzocht, heeft in ieder Paul Kruger gevochten met de zwarte bevolking.

Straatnamen en haar tijd

Al in 1904 is er sprake geweest om een straat bij de Wedren naar de held Paul Kruger te vernoemen.

In 1952 zijn de straten naar Zuid-Afrika vernoemd. Ook voordat “apartheid” een officiële term werd, heeft het gedurende haar bestaan een rol heeft gespeeld. Zoals daar de wetten zijn om landbezit en stemrecht voor niet-blanken in Transvaal te beperken in 1855 en 1866. In 1902 werden niet-blanken naar de townships naar Cape Town gedeporteerd. Vanaf 1910 tot 1948 werd verschillende discriminerende en racistische wetgeving ingevoerd, welke uiteindelijk haar beslag kreeg in eerst de Klein Apartheid (vanaf 1948) en vervolgens in de Grote Apartheid wetgeving uit 1959.

Het jaar 1990

Wanneer het idee ontstaat om het beeld te ontwerpen, is mij nog niet bekend. Mogelijk bij de grootschalige herinrichting van het Daniëlsplein eind jaren 80.

In februari 1990 werd Nelson Mandela vrij plotseling vrijgelaten en het einde van Apartheid aangekondigd. Het is mij niet bekend of de vrijlating al bekend was op het moment dat het beeld ontstond, of dat het idee voor het beeld is ontstaan toen apartheid eind jaren 80 nog volop speelde en of dit uberhaupt een rol heeft gespeeld.

Wim Korvinus

Kunstwerk van Wim Korvinus (1948) waarop een tekst in Xhosa van de Zuid-Afrikaanse dichter Vernon Februari is aangebracht als tegenwicht voor de nabij gelegen Botha- en Paul Krügerstraat. De zuil met stalen boog staat plaatselijk bekend als de 'Stier van Hees', de 'Stemvork', 'Eric de Noorman' of 'Het Gewei van Heseveld', 7/1990 (Martine Ridderbos via F24713 RAN CC-BY-SA)
De Stier van Hees op het Daniëlsplein in juli 1990 (Martine Ridderbos via F24713 RAN CC-BY-SA)

Korvinus is op 21-3-1948 geboren te Beetsterzwaag. Hij bracht zijn jeugd van 1949-1957 door te Medang (Indonesië).

Hij volgde van 1966-1971 de opleiding richting monumentaal aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Arnhem. Hij maakte onderdeel uit van de Arnhemse School. . Deze groep maakte zich sterk voor de toepassing van kunst als ‘omgevingsvormgeving’ (KOS).

Hij was naast kunstenaar docent, onder andere aan de Academie van Bouwkunst te Arnhem vanaf 1975 tot 2013 en aan de Hogeschool voor de Kunsten ArtEZ van 1984 tot en met augustus 2003. Daarnaast zat en zit hij in een aantal commissies, waaronder de Commissie voor Beeldende Kunst in Nijmegen en lid Architectuur Kwaliteits Groep Waalsprong te Nijmegen van 1997-2003.

Bronnen

http://www.wimkorvinus.nl/PDF/DanielsPlein-WimKorvinus.PDF : zijn beeld op zijn eigen site; tevens zijn op zijn site andere werken te zien

http://www.wimkorvinus.nl/PDF/CVWimKorvinus2013.pdf : zijn CV op zijn eigen site

Juli 1990, Huis van de Nijmeegse Geschiedenis (niet meer werkende link, april 2024)

https://kos.nijmegen.nl/overzicht-kunstwerken/, Kunst op Straat

Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2002-2003

Wikipedia:

https://nl.wikipedia.org/wiki/Louis_Botha

https://nl.wikipedia.org/wiki/Apartheid_in_Zuid-Afrika

https://nl.wikipedia.org/wiki/Paul_Kruger

https://nl.wikipedia.org/wiki/Petrus_Jacobus_Joubert

https://nl.wikipedia.org/wiki/Nelson_Mandela

https://nl.wikipedia.org/wiki/Vernie_February

Straatnamenregister Rob Essers:

Paul Krugerstraat

Joubertstraat

Bothastraat

Ruth die de aren leest Augstusijnenbosje Heseveld november 2023 beeld Theo Mulder
#Nijmegen, Kunstwerken

Ruth, die de vruchten van het veld haalt

1964 Augustijnenbosje Heseveld

Ruth die de aren leest Augstusijnenbosje Heseveld november 2023 beeld Theo Mulder
Ruth die de aren leest (en hond die mij niet mag). Augstusijnenbosje Heseveld (november 2023)

In het Augustijnenbosje staat het beeld “Ruth, die de vruchten van het veld haalt”. Een gebukte vrouw, die schijnbaar bezig is de aren op te rapen. Het is de Bijbelse Ruth, die opkijkt. Het beeld is gemaakt door Theo Mulder in 1964. Wie was Ruth en wie was Theo Mulder?

Het boek Ruth

Ruth is een verhaal uit de bijbel. Kort samengevat: Elimelech, zijn vrouw Naomi en hun zoons Machlon en Kiljon zijn naar Moab gevlucht om voor de hongersnood in Juda. Eliimelich sterft op een gegeven ogenblik, zijn zoons trouwen met de Maobitische vrouwen Orpah en Ruth, om vervolgens ook te sterven. Daarop besluit Naomi om terug te gaan naar haar thuisstad Bethlehem. Naomi weet Orpha over te halen om in Moab te blijven, maar Ruth volgt haar. Zij komen rond oogsttijd aan in Bethlehem.

Daar gaat Ruth voor haar schoonmoeder op zoek naar aren op het land. Volgens de Thora (in het boek Leviticus) mochten maaiers niet tot de rand maaien. En ook datgene wat na het maaien op het land bleef liggen, mochten zij niet oprapen. Dat was bestemd voor de armen en vreemdelingen. Toevallig komt Ruth ook op het land van Boaz, die onder de indruk is hoe goed Ruth voor haar schoonmoeder zorgt. Hij besluit haar extra goed te behandelen. Wanneer Ruth is teruggekeerd bij Naomi, blijkt deze Boaz familie van Elimelich te zijn. Mogelijk zou Boaz kunnen optreden als losser: wanneer iemand gedwongen is zijn land te verkopen, kan een naaste bloedverwant het land terugkopen (de “losser”). In een jubeljaar -dat eens in de 50 jaar plaatsvindt en waarbij onder andere alle schulden worden kwijtgescholden- komt het land weer in eigendom van de oorspronkelijke eigenaar.

Om hem over te halen gaat Ruth op de dorsvloer op een deken aan de voeten van Boaz liggen. Boaz is onder de indruk van de trouw die zij heeft voor haar schoonmoeder heeft. Hij zegt toe met haar te trouwen. Uiteindelijk zal hij Ruth trouwen in een zogenaamd leviraatshuwelijk: een huwelijk waar de zwager van een overleden echtgenoot trouwt met de weduwe, ook al is Boaz in dit geval geen directe zwager. Het eerste kind zal gelden als het kind van de overleden man. Deze zoon, Obed, is de grootvader van David.

Betekenis

In de loop der tijd zijn verschillende betekenissen aan het boek Ruth gegeven. Een mooi artikel over  de interpretatie van de betekenis is te vinden op de website van de Nedelands Bijbel Genootschap https://www.debijbel.nl/berichten/de-oorsprong-van-het-boek-ruth. Zij vat de betekenis zelf als volgt samen: “Op het eerste gezicht is Ruth een romantisch verhaal over een familie in het oude Israël, maar veel uitleggers zien er méér in. In dit artikel passeert een aantal visies de revue, vanaf de vroege kerk tot de moderne exegese. Hedendaags onderzoek laat zien dat het boek Ruth verband houdt met Israëls situatie na de ballingschap. Dit ‘kleine verhaal’ verwijst naar het ‘grote verhaal’, over Sion als berooide weduwe (Naomi), de hoop op Gods reddende ingrijpen (Boaz) en een nieuwe toekomst voor het volk (Ruth). Zo gelezen is het boek Ruth bovenal een boek van hoop en verwachting.”

Het beeld

Als je op afbeeldingen van Ruth zoekt, zie je vrijwel altijd een afbeelding van Ruth die de aren opraapt, al dan niet met Boaz. Zo ook het beeld van Theo Mulder. Hier bukt Ruth, schijnbaar bezig om de aren op te rapen. Daarbij kijkt ze op. Het lichaam van Ruth is zonder veel details weergegeven, het gaat hierbij vooral om de kromme vorm van het lichaam. Alleen haar gezicht is wat gedetailleerder, zodat je waarschijnlijk als vanzelf ook naar het gezicht getrokken wordt.

Het beeld stond oorspronkelijk voor de vroegere IVO-Mavo aan de Archipelstraat. Tegenwoordig staat het beeld staat in een grasveldje, op een verhoging. Daarbij lijkt-afgaande op de foto’s van wikipedia- het beeld verplaatst te zijn: voorheen leek het beeld in het bosje te hebben gestaan.

Theo Mulder

De beeldhouwer Theodoor Josephus Mulder is op 20 mei 1928 geboren te Haarlem. Hij overleed in Laren op 8 maart 2017.

Hij volgde zijn opleiding aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam. Hij was leerling van Mari Andriessen (bekend van de “Dokwerker”) en Piet Esser. Met Andriessen deelde hij een atelier en samen waren ze een van de oprichters van Academie 63 (Ateliers 63), een opleiding waarbij de nadruk lag op het geven van begeleiding in plaats van het aanleren van techniek.

Stijl

Hij omschrijft zijn werken als “lyrisch expressionistisch’.

Zijn beelden gaan vaak over alledaagse dingen, dijkwerkers, boeren, dieren (vechtende hanen, opvliegende ganzen), religieuze voorstellingen en vrouwenfiguren. in Haarlem staan 12 beelden van zijn hand.

In de necrologie in het NRC:

“Mulder zei altijd veel te hebben opgestoken van zijn leermeesters op de Amsterdamse Rijksacademie, maar óók jaren te hebben gezucht onder de idee dat je ernstig en „met gefronste wenkbrauwen’ meesterwerken moet maken. Pas op latere leeftijd voelde hij zich vrij het werk als een „spel’ te zien. „Toen begreep ik dat ik om beelden te maken zoals ik het wilde, het gevoel moest hebben dat ik had toen ik als jongetje aan het spelen en knutselen was’, zegt hij in een boek over hem.“ En: “Gevraagd naar zijn thematiek noemde Mul graag de „onvervulbaarheid’ van de liefde, de „hunkering’ naar paradijselijke liefde en ook wel de merkwaardige levensdrift van mensen en dieren die uiteindelijk toch allemaal op weg zijn naar de dood.”

Werken

  • Oorlogsmonument, Pad van de Mensenrechten (Castricummer Hout) Castricum (1957)
  • Monument Lancaster ED 569 (oud), Wognum (1957): omdat het niet meer hersteld kon worden, is het  in 2010 vervangen
  • Sint Lucia, Planetenlaan 13 (voorm. Sint Lucia U.L.O. school) Haarlem (1958)
  • De Goede Herder, Den Burg (1960)
  • Noach met de duif, Prins Bernhardlaan Haarlem (1960 of 1961)
  • Vogels, tezamen opvliegend, Prinses Beatrixplein / Titus Brandsmapad Haarlem (1964)
  • Vechtende kalkoenen in Utrecht (Rosarium Oudwijk / Prinsesselaan, 1965): opdracht gemeente Utrecht. Afgietsels van dit beeld staan tevens in Oudekerk aan de Amstel (1989, Kerkstraat),. Haarlem (1982, Brouwersplein), Den Helder (1972,Timorpark) en Uthoorn (1969, Herman Gorterhof)
  • Kenau Simonsdochter Hasselaer en vrouwen, bij de Amsterdamse Poort Haarlem (1973)
  • De Dorpsgemeenschap, Voorstraat Kraggenburg (1977)
  • Adriaan Roland Holst, Bergen:  een vergroting van het beeld dat Mari Andriessen heeft gemaakt
  • Herinnering aan Dakota Ramp, Provinciehuis aan de Dreef Haarlem
  • Moeder en Kind, Heerhugowaard
  • Tobias en de engel, Breesaperhof Velsen-Noord
  • Beertje, Dennenweg 16 Bloemendaal (1999)
  • Vertrekkende ganzen, Schagen (2008)

Augustijnenbosje

ingangen bij Oude Graafseweg ter hoogte Ligusterlaan en bij de Verbindingsweg Het bos is vernoemd naar de orde der Augustijnen.…

Mariakapel Florapark

Florapark In dit Mariakapelletje hangen bewoners van de Wolfskuil een foto, bidprentjes of ander aandenken van hun overleden dierbaren op.…

Florapark

Het Florapark is een erg afwisselend park: dierenweide, uitkijkplek, bosje, volkstuinen trimbaan en meer…  Het park is aangelegd op een…

Bronnen

Theo Mulder, wikipedia

Ruth (boek), wikipedia

Lossen (Bijbel), wikipedia

Jubeljaar, wikipedia

De Ateliers, wikipedia

Kunst op Straat

https://www.historischamstelland.nl/ontdekken/monumenten-ouder-amstel/kunst/vechtende-kalkoenen

https://vanberkelbeelden.pictures/beeldhouwers/theo-mulder/vechtende-kalkoenen/

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=nh44ar

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=nh50bc

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=fl04bl

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=nh12be

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=nh21dc

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=nh14aa

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=nh36ad

https://vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=nh21gc

http://www.haarlemsbeeld.nl/kunstwerk/?id=58

Aratsite: Naar aanleiding van zijn overlijden verschijnt een mooi artikel in het NRC, zoals weergegeven op Aratsite

Voormalige Daniëlskerk architect L.J. de Bruijn, huidige situatie (maart 2023)
#Nijmegen, Gebouw van de dag

Daniëlskerk architect de Bruijn

1960-1962 Daniëlsweg 42 Heseveld, gemeentelijk monument

Voormalige Daniëlskerk architect L.J. de Bruijn, huidige situatie (maart 2023)
Voormalige Daniëlskerk architect L.J. de Bruijn, huidige situatie (maart 2023)

De Maria ten Hemelopnemings kerk, ook wel Daniëlskerk genoemd, is ontworpen door de architect Lambert (L.A.J.) de Bruijn. Het is het enige kerkgebouw in de funtionalistische stijl van Nijmegen. Het deed van 1962 tot 1999 dienst als kerk. Daarna volgde een omvangrijke verbouwing als vestiging voor de Driestroom: een thuis voor gehandicapte jongeren die zoveel mogelijk zelfstandig kunnen leven. Daarnaast een kinderdagverblijf en dagbesteding voor moeilijk lerende kinderen. Het woongedeelte werd in 2019 opgeheven en is momenteel gebruik als noodopvang voor Oekraïense vluchtelingen.

De kerk

Straatbeeld, beginjaren zestig met links de pas voltooide Maria ten Hemelopnemingkerk (architect L.A.J. de Bruijn) en de kruising met de Boksdoornstraat (links) en Kaaplandstraat (rechts). Op het einde van de straat, achteraan, de witte boerderij van de familie Cornelissen en de links naastgelegen (donkere) van de familie Van de Water, 24/7/1962 (Fotopersbureau de Gelderlander F20107 RAN auteursrechthouder J.F.M. Trum CC-BY-SA)
Straatbeeld, beginjaren zestig met links de pas voltooide Maria ten Hemelopnemingkerk (architect L.A.J. de Bruijn) en de kruising met de Boksdoornstraat (links) en Kaaplandstraat (rechts). Op het einde van de straat, achteraan, de witte boerderij van de familie Cornelissen en de links naastgelegen (donkere) van de familie Van de Water, 24/7/1962 (Fotopersbureau de Gelderlander F20107 RAN auteursrechthouder J.F.M. Trum CC-BY-SA)

Lambert de Bruijn ontwerpt in 1959 de kerk Maria ten Hemelopneming, die vooral bekend is als Daniëlskerk in de wijk Heseveld. Het komt te liggen aan een plein met een wekelijkse markt. De architect was toen nog deels werkzaam  bij het architectenbureau Benning en Fokker uit Nijmegen.

De parochie Maria ten Hemelopneming was in 1956 opgericht. Zij was daarbij een afscheiding van de St. Antonius Abtparochie van Neerbosch: de kerk aan de Dennenstraat begon te klein te worden voor het aantal gelovigen. Aanvankelijk werd in 1956 een noodkerk gesticht, welke zich aan de Kaaplandstraat bevond. Een afbeelding hiervan is bij het RAN weergegeven.

De Bruijn in een interview in 1997: “Dat kun je je nu moeilijk meer voorstellen, maar de parochie was in die beginjaren een bloeiende gemeenschap met ontzettend actief jeugdwerk en verschillende koren. De bouwpastoor zag de bui toen al hangen. Ik kreeg opdracht om een kerk met duizend zitplaatsen te ontwerpen. Hij zei: “Maak er maar zevenhonderd van, het kerkbezoek gaat teruglopen”. Het bisdom wilde echter 1.000 plaatsen.

De aanbesteding van de kerk vond plaats op 9-5-1961. Op 29-9-1962 kon de kerk worden ingewijd. Het is daarmee het laatst gebouwde grote naoorlogse kerk in het bisdom Den Bosch. De kerk zou tot 1999 in gebruik blijven.

Functionalistisch

Voor de kerk zijn moderne materialen gebruikt als staal, beton, glas en aluminium.  Allereerst valt de gevel op: een ronde vorm, opgebouwd uit betonnen prefab platen met glasstroken. Daartussen zijn 3 betonnen banden aangebracht. In de onderste strook waren een aantal van de in totaal zestien kruiswegstaties aangebracht.

De ronding wordt afgesloten door twee zijwanden, die bestaan uit schoon metselwerk. Ook de toren is in staal opgetrokken.

Naast de kerk zijn een sacristie en pastorie gebouwd.

Het is het enige kerkgebouw van Nijmegen in de zogenaamde “functionalistische” stijl.

In de functionalistische stijl gaat het om de gedachte dat bij het ontwerp gericht moet zijn op de functie van het gebouw. De vorm, hoe het gebouw er uit ziet, volgt deze functie: “form follows function”. Bij een kerk staat de dienst centraal. De priester en het altaar moeten daarom goed zichtbaar. Daarom koos de Bruijn voor een ronde vorm, waarbij kerkgangers maximaal 15 meter van het altaar zaten. De vloer liep licht op en er waren geen pilaren, die het zicht konden belemmeren.

Het functionalisme komt daarnaast tot uiting in:

  • De beperkte versiering
  • De kolommen van de constructie zijn in de kerkzaal zichtbaar. Wel zijn de stalen stalen

liggers met daarop de dakvloer aan oog onttrokken door een schrotenplafond.

Staalconstructie

Een opvallend kenmerk van de kerk is dat het dak een staalconstructie heeft. Waar na de oorlog staal volop werd gebruikt voor de muren, is een stalen constructie voor het dak zeldzaam.

Kruiswegstaties

De kruiswegstaties zijn gemaakt door de kunstenaar Ted Felen. Een van de afbeeldingen is hier te zien.

Architect de Bruijn

Lambert de Bruijn is geboren op Nijmegen 23-6-1921. Hij overlijdt op  4-9-2010 te Beek-Ubbergen. De laatste jaren woonde hij in Ooij. Op het bidprentje wordt het personeel van Kalorama bedankt voor de liefdevolle verzorging, waarschijnlijk is hij daar overleden. Zijn initialen zijn L.A.J., hoewel op het bidprentje alleen Lambert staat vermeld.

Op dit moment is het enige andere gevonden werk de zuidvleugel van Augustijnendreef 15 te Eindhoven 1995-1996

Van dreiging sloop naar Monumentenstatus

Sloop dreigt

Eind jaren 90 kondigt het bisdom Den Bosch aan dat ze de kerk wil slopen: het aantal kerkgangers is terug gelopen en daarmee is tevens het onderhoud niet meer betaalbaar. Vanuit projectontwikkelaars was er interesse om hier duurdere koopwoningen neer te zetten. Het schrikbeeld daarbij was “Vissers in de kerk”: de meubelzaak die in de jaren 70 de Heilig Hartkerk in de Krayenhofflaan zou betrekken. Dan liever sloop, volgens het bisdom. En ook volgens architect de Bruijn, die de kerk graag behouden ziet voor een maatschappelijke functie: “Ik zou graag zien dat de kerk behouden blijft, maar niet tot elke prijs.”

Protest

Vanuit een aantal kanten kwam protest. De dochter van L.A.J. de Bruijn weet samen met omwonenden de sloop van de kerk te voorkomen. Ook de Historische Vereniging Numaga en de Bond Heemschut overtuigden de gemeente dat er geen sloopvergunning voor het pand mocht komen.  Bij veel buurtbewoners ligt de kerk na aan het hart. En het gebouw is de enige kerk in de functionalistische stijl.

Aanwijzing monument

Daarop wijst de gemeente de kerk in 1999 aan als gemeentelijk monument, waarmee de sloop is afgewend. Feitelijk is dit bijzonder, aangezien een gebouw pas na 50 jaar de status van monument kan krijgen.

Driestroom

Vanaf 2007 betrekt de Driestroom het gebouw. Vanaf moment heet het gebouw de Daniël.

De Driestroom is al gauw geïnteresseerd om hier een vestiging te openen. Deze stichting heeft als doel ondersteuning te bieden aan mensen met een verstandelijke beperking in de regio Arnhem-Nijmegen.

Daarop kreeg de kerk een nieuwe bestemming voor een maatschappelijke functie. Daarbij is de grote kerkzaal, die plaats had voor 1000 personen, verkleind. Er komt een thuis voor gehandicapte jongeren die zo veel mogelijk zelfstandig kunnen leven. Daarnaast een kinderdagverblijf en kinderdagbesteding voor moeilijk lerende kinderen. De grote centrale hal kan gebruikt worden voor buurtactiviteiten.

Portaal was bereid onrendabel te investeren. Daarnaast werd het project werd financieel mogelijk door op het terrein van kerk 14 koopwoningen te bouwen. Tevens droeg Portaal bij aan de verbouwing van de binnenruimte, omdat deze een buurtfunctie zou krijgen. Ook werden er sponsors gevonden, waaronder Volksbelang.

Verbouwing 2007

Voordat Portaal het gebouw van het bisdom overneemt, laat ze door K3 Architecten onderzoeken of een verbouwing naar een gebouw voor jonge gehandicapten. Portaal had eerder samengewerkt met K3 Architecten bij de verbouwing van de Onze Lieve Vrouwekerk in Arnhem. Hiervoor had het bureau de Heuvelinkprijs gewonnen. Portaal kocht het pand in 2001 aan.

De verbouwing werd verzorgd door Peter Koelewijn, K3 Architectuur BV en stedenbouw.

Om het pand geschikt te maken voor haar nieuwe functie, zijn veel aanpassingen nodig. Daarbij is het religieuze karakter niet altijd meer herkenbaar:

  • Er is een tussenverdieping gebouwd, om voldoende appartementen te kunnen bouwen
  • De gemeentelijke monumentencommissie wilde het aanzien van de gevel met prefab betonelementen behouden. Hierdoor mochten er geen zonweringen komen en moest een goed binnenklimaat op een andere manier worden geregeld. Dat is niet helemaal gelukt: in de zomer werd het te heet. In 2010 werden zonweringen aangebracht, waarbij Volksbelang een van de sponsors was.
  • De centrale ruimte moest behouden blijven. Daardoor is er een dagverblijf buiten de kerk gebouwd, op het terrein waar vroeger de pastorie en sacristie lag.

De monumentencommissie had ook als wens om de stopverfkozijnen te behouden. Dit was echter niet mogelijk en de gemeente gaat akkoord dat deze vervangen worden.

Tot slot blijkt een lift nodig: hoewel bij de planvoorbereiding was uitgegaan kinderen met lichtere handicaps, blijkt dat een deel van de gebruikers grote lichamelijke beperkingen hebben.

Ook de oorspronkelijke architect de Bruijn was tevreden over de nieuwe functie van de kerk en de benodigde aanpassingen.

Beëindig bewoning

Het huurcontract tussen Portaal en de Driestroom beëindigt in 2019. De Driestroom besluit het contract niet te willen verlengen. In de nieuwe locatie zullen de bewoners niet meer bij elkaar kunnen wonen, ook al wonen ze al lang samen in de Daniël. Dit tot verdriet van de bewoners en ouders.  In een interview met Omroep Gelderlander: “Directeur Van Gestel geeft toe dat de cliënten al erg lang bij elkaar wonen. ‘Maar als we kijken naar het alledaags geluk in de toekomst denken we echt dat ze met hun specifieke zorgbehoefte beter af zijn op een plek die daar beter op ingericht is.’”.

Wel blijft een deel van het gebouw onderdeel van de opvang van de Driestroom.

Noodopvang Oekraïners

In 2022 komt de oude kerk deels in gebruik als noodopvang voor 100 Oekraïners. Op dat moment is het woongedeelte in gebruik door tijdelijke bewoners, om kraak te voorkomen.

Gemeentelijk Monument

De kerk is sinds 1999 een gemeentelijk monument. De argumentatie hiervoor:

“Goed voorbeeld van een parochiekerk uit de laatste periode van de wederopbouw met een bijzondere plattegrond, een duidelijk architectonisch concept en een moderne uitstraling. Als zodanig is het een goed voorbeeld van bouwstijl en bouwtype en een stedenbouwkundig ijkpunt voor zijn omgeving. De kerk is gaaf bewaard gebleven en van bovenregionaal belang.”

Bronnen

Kerkkappen in Nederland 1800-1970, Ronald Stenvert, 2013

https://nl.wikipedia.org/wiki/Heseveld

https://www.herbestemming.nl/projecten/danielskerk-nijmegen-0

https://adoc.pub/onderzoek-herbestemming-kerken-en-kerklocaties-een-inventari.html

130 nieuwe noodopvangplekken erbij voor gevluchte Oekraïners: oud schippersinternaat en Daniëlskerk, Mitchel Suijkerbuijk, 24-3-22

Zorginstelling Nijmegen haalt cliënten na ruim 12 jaar uit elkaar. ‘Heel verdrietig’, Karel de Jong in Omroep Gelderland, 8 december 2019

http://zichtopeindhoven.nl/josenbauke/architecten.pdf

Een naoorlogse kerk is kansloos voor de monumentenlijst, Georg Marlet in Trouw, 29-11-1997: quotes van architect de Bruijn zijn afkomstig uit dit artikel

http://docplayer.nl/16599091-Van-oude-gebouwen-en-nieuwe-functies.html: geeft vanaf pagina 37 een uitgebreid verslag over de verbouwing tot zorgcentrum

De wit geschilderde woningen aan de de Wetstraat in de richting van Generaal Smutsstraat, maart 2023 architecten Evers en Sarlemijn
#Nijmegen, Gebouw van de dag

Bothastraat en de Wetstraat architecten Evers en Sarlemijn

1952-1953

De wit geschilderde woningen aan de de  Wetstraat in de richting van Generaal Smutsstraat, maart 2023 architecten Evers en Sarlemijn
De Wetstraat in de richting van Generaal Smutsstraat, maart 2023

In 1951 kregen Evers en Sarlemijn van Woningvereniging “Nijmegen” opdracht om een bebouwingsplan voor een gedeelte van Heseveld te ontwerpen. Het ging dus daarbij niet alleen om de gebouwen, maar ook om de indeling van de buurt. Het complex met de Bothastraat en de de Wetstraat was het eerste onderdeel.

Beeld

Bijschrift: “De Wetstraat heet dit straatje waaraan de eengezinswoningen van het Zuid-Afrika-blok staan opgesteld. De straat heeft alleen nog maar en puinverharding doch deze week al trekken de nieuwe bewoners op om hun huizen te bezetten. Op de achtergrond de drie verdiepingen hoge flatblokken”. Nijmeegsch Dagblad, 11-9-1952

Bijschrift: “De Wetstraat heet dit straatje waaraan de eengezinswoningen van het Zuid-Afrika-blok staan opgesteld. De straat heeft alleen nog maar en puinverharding doch deze week al trekken de nieuwe bewoners op om hun huizen te bezetten. Op de achtergrond de drie verdiepingen hoge flatblokken”. (Nijmeegsch Dagblad, 11-9-1952)

De woningen aan de Wetstraat waren de eerste woningen die werden vrijgegeven: de eerste bewoners zijn rond september 1952 Nijmeegsch Dagblad, 11-9-1952) hiernaar toe verhuisd. Op dat moment heeft de straat alleen nog puinverhanding. Dat is al beter dan de andere straten in het nieuwe complex: daar ontbreekt de weg (vrijwel) volledig.

“Deze woningen, fris geverfd, zijn de z.g. één-gezinswoningen. Het zijn uiterlijk kleine maar van binnen zeer ruime huizen, geschikt voor niet te grote gezinnen (op een enkel hoekhuis na). In totaal staan er 72 van in het complex. De huizenrijen staan niet parallel langs de straat: hierdoor hebben de architecten Evers en Sarlemijn uit Amsterdam, verkregen dat de weg geen doodse aanblik biedt maar daarentegen een diepte verkrijgt welke het oog aangenaam streelt.”

De eerste door mij gevonden kleine advertentie in de krant stamt uit september 1953: In de Wetstraat 27 is in De Gelderlander 12/9/1953 een Bolex te koop. Overigens is er ook een advertentie met het verzoek tot woningruil gevonden op De Gelderlander 8/7/1953:  verzoek tot ruil nieuwbouw Dennenstraat voor nieuwbouw Wolfskuil, Wetstraat 30. In De Gelderlander 3/10/1953 staat een moderne kinderwagen te koop bij Bothastraat 9.

Stijl

Het eerste wat in de straten opvalt zijn de witgeschilderde woningen. “In het Bouwkundig Weekblad van 1955, waarin de Afrikabuurt en de Bouwmeesterbuurt werden besproken, wordt het witte schilderwerk “als een ‘buitengewoon charmante’ vondst” beschreven.”

Bossche school

Evenals de rest van de buurt, zijn de woningen gebouwd in de stijl van de Bossche School. De Beeldatlas: “cultuurhistorische achtergronden kan een zekere zichtbaarheid geven aan de ruimte, omdat de verhouding tussen de dikte en de afstand van de muren mede ruimtebepalend is. Vandaar dat de plasticiteit van de muren sterk wordt benadrukt. In Heseveld is dat overduidelijk gebeurd bij de ingangspartijen en de ramen. De ramen zijn achter in de muur geplaatst. De muurdikte als expressiemiddel springt des te meer in het oog door de wit geschilderde dagkanten. Een vergelijkbare kunstgreep is op grotere schaal toegepast in het eerste complex waar de eengezinswoningen op het binnenterrein helemaal wit zijn geschilderd.”

Bothastraat, gezien in de richting van de Cronjéstraat, 1975 (Fotopersbureau Gelderlander via F20956 RAN, auteursrechthouder J.F.M. Trum CC-BY-SA)
Bothastraat, gezien in de richting van de Cronjéstraat, 1975 (Fotopersbureau Gelderlander via F20956 RAN, auteursrechthouder J.F.M. Trum CC-BY-SA)

Deze 2 straten zijn een soort binnentuin van het blok, omgeven door 3 hoog bouwlagen van de omliggende straten. Vanuit de Cronjéstraat gezien hebben de woningen de linkerkant van de straat een voortuintje, hoewel veel tuintjes betegeld zijn. Een ander verschil zijn de ingangen: links met een boogje, rechts een portaaltje met driehoekje. De eerste verdieping bestaat aan de voorkant uit 3 keer 2 kleine ramen. Alle vensters liggen wat dieper in het pand, waarbij de niet witte vensterbank zorgt voor een extra accent. Net als in de rest van de wijk, helt het dak iets over. Achter de woningen liggen tuinen.

De Wetstraat, 1984 (Ber van Haren via KN13904-18 RAN)
De Wetstraat, 1984 (Ber van Haren via KN13904-18 RAN)
Bothastraat, 1984 (Ber van Haren via KN13904-16 RAN)
Bothastraat, 1984 (Ber van Haren via KN13904-16 RAN)

Bronnen

Afrika- en Bouwmeesterbuurt: beschermd stadsbeeld: toelichting en beeldatlas, Van Meijel, adviseurs in cultuurhistorie

Architectuur Afrika- en Bouwmeesterbuurt, Neij West, september 2013

Pieter Postplein met poortgebouw. Waar vroeger een graseld lag, ligt nu een speelplaats. Archticten Evers en Sarlemijn
#Nijmegen, Gebouw van de dag

Pieter Postplein architecten Evers en Sarlemijn

1953-1955 Pieter Postplein

Pieter Postplein met poortgebouw. Waar vroeger een graseld lag, ligt nu een speelplaats. Archticten Evers en Sarlemijn
Pieter Postplein met poortgebouw. Waar vroeger een grasveld lag, ligt nu een speelplaats

In de jaren 50 ontwierpen de architecten Evers en Sarlemijn het Pieter Postplein in Heseveld. Deze is gebouwd in de stijl van de Bossche School. In de jaren 0 vond een renovatie plaats door Paul van Hontem. Hierbij werd de buitenkant zoveel mogelijk in oorspronkelijke staat terug gebracht. Daarvoor ontving het bureau de Architectuurprijs van de gemeente Nijmegen. Opvallend is het kunstwerk in het poortgebouw van Denny Baggen.

Ontstaan

In 1951 kregen Evers en Sarlemijn van Woningvereniging “Nijmegen” opdracht om een bebouwingsplan voor een gedeelte van Heseveld te ontwerpen. Het ging dus daarbij niet alleen om de gebouwen, maar ook om de indeling van de buurt. Hun plan bestond uit vier complexen, waarvan het plan voor het 4de complex werd afgekeurd.

Binnen dit plan was de Bouwmeesterbuurt het tweede complex. Deze werd tussen 1953 en 1955 gebouwd. Het complex is zowel vrij stenig als groen. Vanwege de meerdere bouwlagen is het complex vrij stenig. Door het binnenplein is hier het meeste groen van de buurt te vinden. Oorspronkelijk bestond het binnenplein uit een grasveld, tegenwoordig is het een speelplaats.

Aan de kant van de Paul Krugerstraat staan 4 bejaardenwoningen.

Bossche School

De gebouwen zijn ontworpen in de stijl van de zogenaamde Bossche School.

Oorsprong

Deze stijl is gebaseerd op Dom Hans Van der Laan, een Benedictijner monnik. Na de Tweede Wereldoorlog gaven Dom Hans Van der Laan, Nico van der Laan en ir C. Pouderoyen hierover een architectuurcursus in Den Bosch, welke zowel Evers als Sarlemijn bezocht hebben.

Juiste verhouding

Kort gezegd komt deze stijl neer op de juiste verhoudingen der delen. Deze verhoudingen scheppen vervolgens een bepaald ritme. Hierbij speelt de verhouding 3:4 een belangrijke rol, die verder is uitgewerkt tot een zogenaamd plastisch getal 1:0,755.

Mediterraanse invloed

De “Afrika- en Bouwmeesterbuurt: beschermd stadsbeeld: toelichting en beeldatlas” noemt de “de flauw hellende schilddaken naar Zuidrand voorbeeld”; Eind jaren 40 maakten Harlekijn en Evers een studiereis Zuid-Frankrijk en Noord-Italië. Of dat in het kader van hun cursus van de Bossche school was, weet ik niet. Van der Laan, de “bedenker” van de Bossche school, bestudeerde en ging met zijn cursisten op excursie naar noord-Frankrijk en Italië.

Een uitgebreide omschrijving van deze stijl staat op https://domhansvanderlaan.nl

Renovatie door van Hontem: Architectuurprijs

In de jaren 0 vond een renovatie plaats, die uitgevoerd is door architect van Hontem. Van buiten zijn de woningen zoveel mogelijk teruggebracht in de oorspronkelijke staat. Bij de gevels ging het daarbij vooral om de ramen. Daarvoor zijn de houten kozijnen vervangen door aluminium kozijnen, om op deze manier de verdeling die refereert aan de oorspronkelijke verhoudingen terug te laten komen. Waarbij tevens voldoende licht in de woningen komt.

In een interview met “de Stenen Bank”: “De verhoudingen per bouwblok, het ritme van de ramen erin, de verticale en horizontale verhoudingen, daar was niet veel meer van over. Bijvoorbeeld omdat bij een aantal woningen raamkozijnen verdwenen waren en vervangen door grote glasplaten. We zijn begonnen met alle oorspronkelijke bouwelementen nauwkeurig op een rijtje te zetten. Met het doel oorspronkelijke verhoudingen weer te herstellen.”

Daarnaast konden bewoners ervoor kiezen om al dan niet hun woning intern te laten verbeteren, waarbij wel hun huurprijs omhoog zou gaan.

In 2010 ontving van Hontem de Architectuurprijs van de Gemeente Nijmegen vanwege “de wijze waarop van Hontem architecten deze uitdaging heeft opgepakt, getuigt van een behoedzame, zorgvuldige en ingetogen architectonische attitude die past bij dit type opgave“.

Kunstwerk Denny Baggen

Poort Pieter Postplein oktober 2021 kunstwerk Denny Baggen
Poort Pieter Postplein met het kunstwerk van Denny Baggen, oktober 2021

De muurschildering in de poort passage is gemaakt door Denny Baggen. Zij studeerde in 1987 af aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Arnhem.

Op haar website omschrijft ze haar werk als: “Het werk van Denny Baggen is een afspiegeling van haar positieve kijk op het leven.
Dieren zijn haar inspiratiebron. Ze bouwt patronen op uit lijnen. Zo’n patroon lijkt abstract maar wie langer kijkt ontdekt een wereld van mens- en dierfiguren. Soms neemt ze zijpaadjes naar meer schetsmatig werk, met een lossere toets. De verf geeft haar de vrijheid te kiezenuit tal van mogelijkheden, terwijl ze trouw blijft aan haar vormentaal. Een kunstenaar met een eigen handschrift.”

Meer werk van hem is te zien op haar website.

Bronnen

Afrika- en Bouwmeesterbuurt: beschermd stadsbeeld: toelichting en beeldatlas, Van Meijel, adviseurs in cultuurhistorie

Van Hontem architecten

Prijswinnaar Paul van Hontem: prudent restaureren, De Stenen Bank, 2010 nummer 3

Berberisschool september1958 architect Ockhuysen maker foto J.F.M. Trum f12509 CC-BY-SA
#Nijmegen, Gebouw van de dag

Jongensschool Sint Jozef architect Okhuijsen

Rond 1956 Berberisstraat 4 Heseveld

Berberisschool september1958 architect Ockhuysen of Ockhuijsen maker foto J.F.M. Trum f12509 CC-BY-SA
Berberisschool september1958 architect Okhuysen of Okhuijsen maker foto J.F.M. Trum f12509 CC-BY-SA

De Jozefschool/Josepschool is rond 1956 gebouwd als dubbele school: de Jozefschool voor jongens, de naastgelegen Imelda school voor meisjes. De scholen hebben twee keer over 7 klassen: in de jaren 50 was voor veel leerlingen de lagere school het laatste onderwijs dat ze kregen. De school had daarom 7 klassen, zodat de leerlingen op 14-jarige leeftijd konden gaan werken.

Later, ronde de jaren 70 zijn de scholen samengegaan als Berberisschool. Tegenwoordig heet de school de Zonnewende.

Berberisstraat, september 2022 Google Streetview Oude Jozefschool/Josephscool, later samengegaan met de meisjesschool Imelda als Berberisschool nu Zonnewende
Berberisstraat, september 2022 Google Streetview
Advertentie voor aanmelding De Gelderlander 12/5/1956

Bronnen

Omschrijving foto RAN

Hek ingang Augustijnenbosje Oude Graafseweg Heseveld
#Nijmegen, Groen in Nijmegen, GroenInNijmegen

Augustijnenbosje

ingangen bij Oude Graafseweg ter hoogte Ligusterlaan en bij de Verbindingsweg

Hek ingang Augustijnenbosje Oude Graafseweg

Het bos is vernoemd naar de orde der Augustijnen. Zij kochten in 1923 het terrein tussen de Geldersche roomboterfabriek en de Verbindingsweg. Daarbij bouwden ze een klooster aan de Graafseweg.

In het westelijke gedeelte van dit terrein stond Villa Dennendaal. Dit was sinds 1959 een opvangtehuis voor daklozen. In 1990 werd Villa Dennendaal gesloopt en vervangen door de huidige appartementencomplexen met puntdaken.

Daarbij verkreeg de gemeente Nijmegen in 1990 het bos. Dit bos toegankelijk via twee ingangen, 1 aan de Oude Graafseweg en 1 aan de Verbindingsweg. Beide ingangen hebben een poort zoals op bovenstaande foto weergegeven.

In een open gedeelte staat het beeld van Ruth die de vruchten van de aarde haalt. Dit is een werk van Theo Mulder uit 1964. Het beeld stond oorspronkelijk voor de vroegere IVO-Mavo aan de Archipelstraat.

Bronnen

Into Nijmegen